Lees- en schrijfopdracht A2-B1

Lees- en schrijfopdracht A2-B1
1 / 28
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lees- en schrijfopdracht A2-B1

Slide 1 - Slide

Schrijven
Je wit een feest geven voor de buurt. 
Je gaat eerst op zeok naar tips voor het organiseren van een buurtfeest.
Lees de tekst op de volgende dia.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat moet je als eerste doen als je een buurtfeest wilt organiseren?
A
Een vergunning aanvragen
B
Subsidie aanvragen
C
Informeren wie mee wil helpen bij het organiseren
D
Bedenken wat je tijdens het feest wilt gaan doen

Slide 4 - Quiz

Wat betekent subsidie?
A
Geld wat de gemeente aan een feest van de buurt kan verdienen.
B
Geld voor mensen die in de gemeente wonen zodat ze niet op straat leven.
C
Geld van de gemeente zodat je een activiteit kunt organiseren voor de buurt.
D
Geld van de gemeente voor mensen die op straat leven.

Slide 5 - Quiz

Zou je een buurtfeest willen organiseren? Waarom wel of waarom niet?

Slide 6 - Open question

Zelf een brief schrijven
Lees de tips op de volgende dia.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Waarom is het belangrijk dat je beleefd bent in een brief naar onbekenden?
A
Zodat mensen je schattig vinden.
B
Zodat mensen je aardig en netjes vinden.
C
Zodat mensen je niet uitlachen.
D
Zodat mensen weten dat je het serieus meent.

Slide 9 - Quiz

Lees de informatie.

Slide 10 - Slide

Lees de e-mail van Jamila.

Slide 11 - Slide

Lees de e-mail van Pieter.

Slide 12 - Slide

Welke e-mail is beter?
A
De e-mail van Pieter
B
De e-mail van Jamila

Slide 13 - Quiz

Waarom is die e-mail het beste?
Kies het beste antwoord.
A
De e-mail is beleefd en netjes.
B
De e-mail is duidelijk en netjes.
C
De e-mail is beleefd, volledig en netjes.
D
De e-mail is beleefd, volledig, duidelijk en netjes.

Slide 14 - Quiz

Schrijf nu zelf een e-mail
Je gaat zelf een e-mail schrijven naar de gemeente. Je wilt subsidie aanvragen voor een buurtfeest. Je typt de e-mail op de volgende dia. 

- Zorg dat de e-mail beleefd is.
- Zorg dat je e-mail volledig is. Schrijf je persoonlijke gegevens op.
- Schrijf op waarvoor je de subsidie gaat gebruiken.
- Schrijf hele zinnen en denk aan hoofdletters en leestekens.

Slide 15 - Slide

Schrijf hier je e-mail. Zorg dat de e-mail volledig is!

Slide 16 - Open question

Lezen
Lees de tekst op de volgende dia. 
Maak daarna de vragen, kies uit: waar of niet waar?

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Bij bankieren op jouw computer heb je de Rabo Scanner nodig.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

Bij bankieren op uw mobiele telefoon heb je ook een Rabo Scanner nodig.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Met de Rabo Bankieren App kun je persoonlijke wijzigingen doorgeven.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Met de Rabo Bankieren App kun je geld overmaken en jouw rekening bekijken.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quiz

Het BasisPakket is goedkoper dan het DirectPakket.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quiz

Als je niet buiten Europa reist, is het BasisPakket het beste voor jou.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

Als je veel over de wereld reist, is het TotaalPakket het beste voor jou.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Bij het BasisPakket en het TotaalPakket is een creditcard inbegrepen.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quiz

Met het TotaalPakket kun je zonder kosten geld opnemen in het buitenland.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quiz

Met het DirectPakket krijg je korting op jouw reisverzekering.
Tekst
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz