20-12-23 1G Het romeinse republiek en betrouwbaarheid

De Romeinse Republiek



Het Romeinse Republiek en betrouwbaarheid.
klas: 1G
Datum: 20-12-23
Docent: Mevr. Groothuizen en Mevr.Zaidy
1 / 24
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

De Romeinse Republiek



Het Romeinse Republiek en betrouwbaarheid.
klas: 1G
Datum: 20-12-23
Docent: Mevr. Groothuizen en Mevr.Zaidy

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Doelen
- Aan het einde van de les weet je wie de leiding hadden in het Republiek.
- Je kan uitleggen Julius Caesar was.

- Je kan de betrouwbaarheid van een bron herkennen. 

-Je kan zelfstandig de opdrachten in 
Spark maken.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions


K
Je ziet een schilderij van de vondst van Romelus en Remus, van de schilder Rubens uit 1616. 

Welke woorden zijn juist? 
1: Dit schilderij is een directe of indirecte bron 
2: Het verhaal van Romelus en Remus is gebaseerd op de waarheid of een mythe. 
A
1 = directe 2 = waarheid
B
1 = directe 2 = mythe
C
1 = indirecte 2 = waarheid
D
1 = indirecte 2 = mythe

Slide 3 - Quiz

Indirect niet gemaakt uit de tijd zelf maar veel later 
Je weet wat het Forum en het Capitolium (Capitool) zijn.
A
Forum: stadion Capitool: heuvel met burcht en tempel
B
Forum: heuvel met burcht en tempel Capitool: stadion
C
Forum: heuvel met burcht en tempel Capitool: politieke centrum
D
Forum: politieke centrum Capitool: heuvel met burcht en tempel

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wie deed wat in het Romeinse Rijk?

Wie was de hoogste baas in het Romeinse Rijk.
A
keizer
B
soldaat
C
slaaf
D
gladiator

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Betrouwbaarheid
Niet alles wat je leest is betrouwbaar.
Een betrouwbare tekst heeft feiten die je kunt controleren.

Wie heeft het geschreven?
Waar komt de informatie vandaan?
Wanneer was het geschreven?
Wat is bestaat al over het onderwerp?


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Is dit een betrouwbare bron?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Hoeveel Punische oorlogen waren er?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Wie vochten in de 1e Punische oorlog?
A
Rome
B
Griekenland
C
Spanje
D
Carthago

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Welke voorbeelden van romanisering ken je?

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Patriciërs
Plebejers
Slaven

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Van Koninkrijk naar Republiek 
De Senaat 
-In Rome heersen de patriciërs (adel).
-Patriciërs zijn mensen met een 'goede' stamboom.
-De meeste patriciërs worden ook senator. Zij vergaderen en nemen besluiten.

-Rijke plebejers vonden het oneerlijk dat zij niet dezelfde rechten hadden en geen senator konden worden. 
 
287 v.Chr
minstens één senator moest plebejer zijn, de tien volkstribunen. Patriciërs konden geen volkstribuun worden.

Volkstribuun= waar de belangen van de Plebejers worden besproken. meestal tegen de regels van de Patriciers.


Slide 14 - Slide

Dit kwam voort uit het idee dat patriciërs al veel politieke macht hadden en de rol van volkstribuun specifiek was gecreëerd om de belangen van de plebejers te behartigen.
Wat is een monarchie?
A
Een staat met een koning aan het hoofd
B
Een staat met een gekozen regering

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Julius Ceasar

- Was een Romeinse generaal, politicus en uiteindelijk dictator van het Romeinse Rijk.

-Behaalde veel militaire overwinningen, wat zijn invloed vergrootte.

-Soldaten werden loyaal. Nodig voor politieke en militaire succes.

-Verovering van Gallië (58 en 50 v.Chr.):  leidde zijn troepen naar de overwinning in Gallië, versloeg verschillende stammen en maakte het tot onderdeel van het Romeinse Rijk.

Slide 16 - Slide

verovering van Gallië (58 en 50 v.Chr.): Julius Caesar leidde zijn troepen naar de overwinning in Gallië, een groot gebied in Europa, tijdens zijn tijd als leider. Hij versloeg daar verschillende stammen en maakte het tot onderdeel van het Romeinse Rijk.

Slide 17 - Video

This item has no instructions

Hoe verleidde Cleopatra Julius Caesar?
A
Door een magische dans op te voeren
B
Door hem te onthalen met een heerlijke maaltijd
C
Door zich in een tapijt te rollen
D
Door indruk op hem te maken met haar geweldige leger

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Wie was de eerste dictator:
A
Hannibal
B
Julius Caesar
C
Cleopatra
D
Puniers

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Is deze bron betrouwbaar?
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Spark
Maken: 3.3. § 3.2 Koningstijd, Republiek, Keizertijd

t/m 1.7

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Nabespreken
- Weet je wie de leiding hadden in het Republiek.
- Je kan uitleggen wie Julius Caesar was.

- Je kan de betrouwbaarheid van een bron herkennen. 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Fijne Feestdagen!

Doe voorzichtig en geniet van je vakantie! 
Ik hoop jullie allemaal weer in het nieuwe jaar gezond en gelukkig terug te zien!

Dikke knuffel,

Mevr. Zaidy

Slide 24 - Slide

This item has no instructions