6-2 Stroomkringen

6-2 Stroomkringen 
                         (blz. 59) 
SPOORBOEKJE
5 min - Huiswerk nabespreken
5 min - Lesdoelen uitleggen
20 min - Uitleg - Stroomkringen
10 min - Practicum: 
      Isolator of geleider
Zelfstandig werken:
P31 – Geleider of isolator
P51 – Stroom meten
43, 50, 54
Lesuur 2 is leesuur


Wat heb je nodig? Pen, potlood, schrift, werkboek B.
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

6-2 Stroomkringen 
                         (blz. 59) 
SPOORBOEKJE
5 min - Huiswerk nabespreken
5 min - Lesdoelen uitleggen
20 min - Uitleg - Stroomkringen
10 min - Practicum: 
      Isolator of geleider
Zelfstandig werken:
P31 – Geleider of isolator
P51 – Stroom meten
43, 50, 54
Lesuur 2 is leesuur


Wat heb je nodig? Pen, potlood, schrift, werkboek B.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Lesdoel:
- Ik kan met een lampje of apparaat verbinden 
    in een schakeling.
- Ik weet dat sommige stoffen een elektrische 
    stroom doorlaten en andere stoffen niet.
- Ik kan een schakelschema tekenen.
- Ik kan omrekenen tussen ampère en milli-ampère.

Slide 7 - Slide

Elektrische stroom
Het elektrische stroom gaat van de pluspool van de spanningsbron via het apparaat of lampje naar de minpool.
 

Je hebt een gesloten stroomkring nodig waar de stroom goed door kan.

Slide 8 - Slide

Geleiders en isolators
Geleider: Een stof waar een elektrische stroom makkelijk doorheen kan gaan.

Isolator: Een stof die moeilijk of helemaal niet een elektrische stroom doorlaat.

Slide 9 - Slide

Schakelingen en schakelschema’s
Schakeling: Aantal elektrische onderdelen 
                          met elkaar verbonden
Schakelschema: Een tekening van een schakeling
Symbool: Schematische tekening van een 
                      elektrische onderdeel

Slide 10 - Slide

Symbolen
Batterij                                  Gloeilamp                          Schakelaar

Slide 11 - Slide

Schakling tekenen
- In potlood
- Met een geodriehoek

Slide 12 - Slide

Teken een schakelschema van een gloeilamp verbonden met twee batterijen en een schakelaar die open staat.

Slide 13 - Open question

Ampèremeter
Stroomsterkte: De grootte van de elektrische stroom
De eenheid van stroomsterkte is ampère (A)

Stroomsterkte meet je met 
een stroommeter of ampèremeter

Slide 14 - Slide

Kleine stroom
De stroom is soms kleiner dan 1 A
Bij een kleine stroom gebruik je milliampère (mA)
Er geldt
1A = 1000 mA
1 mA = 0,001 A

Slide 15 - Slide

Reken om 40 A naar mA
A
400
B
4 000
C
40 000
D
0,4

Slide 16 - Quiz

Reken om 300 mA naar A
A
0,3
B
3
C
30 000
D
300 000

Slide 17 - Quiz

Reken om 1,5 mA naar A
A
15
B
150
C
1 500
D
15 000

Slide 18 - Quiz

Maak nu
P28 – Lampje
P31 – Geleider of isolator
P51 – Stroom meten
43, 50, 54

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Hoe goed kan je schakelschema tekenen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Zelfstandig werken
6.2
27, 29, 30,
32 t/m 42;
44 t/m 49;
52, 53
Samenvatting blz. 68

Een dag van tevoren afhebben.

Slide 22 - Slide

Afspraken met huiswerk
1. Huiswerk is altijd een dag van tevoren af.
2. Je maakt de opdrachten in de digitale methode.
3. Lukt het niet in de digitale methode dan maak je het in je werkboek. Dan moet je fotootjes van je huiswerk een dag van tevoren in lessonup inleveren.

Slide 23 - Slide

Foto's van je huiswerk als je het in je boek maakt.

Slide 24 - Open question