Voorkomen van ongevallen en EHBO

Keuzevak

Voorkomen van Ongevallen & EHBO
1 / 43
next
Slide 1: Slide
D&PMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Keuzevak

Voorkomen van Ongevallen & EHBO

Slide 1 - Slide

 maandag 04/09
  • Voorstellen 
  • Introductie EHBO
  • Quiz
  • Moodboard maken 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

EHBO

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Video

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Wat kun je verder verwachten?
  • Lessen van het Rode Rode kruis: E-learning + Examen 
  • EHBO certificaat (twee jaar geldig)
  • Stage
  • Gastlessen 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Wat is het eerste wat je doet als je naar een slachtoffer toe gaat?
A
Zeggen dat je EHBO hebt
B
Letten op gevaar
C
Kijken wat er is gebeurd
D
Telefoon van het slachtoffer doorzoeken

Slide 17 - Quiz

Je laat een uitgepakt steriel gaasje op de grond vallen. Wat doe je?
A
Oprapen en doorgaan met verbinden
B
Je pakt een nieuw verband
C
Dan maar zonder steriel gaas verder gaan
D
Het gaasje afvegen en gewoon gebruiken

Slide 18 - Quiz

Waarom moet een slachtoffer altijd zitten of liggen?
A
Anders word het slachtoffer snel moe
B
Dan kan het slachtoffer uitrusten
C
Vanwege het gevaar van flauwvallen
D
Kun je de wond sneller vinden

Slide 19 - Quiz

Wat is er fout?
Als iemand een bloedneus heeft dan...
A
laat je hem zitten in schrijfhouding
B
knijp je zijn neus 10 minuten dicht onder het tussenschot
C
als het bloeden stopt laat je hem zachtjes snuiten
D
moet je hem eerst gerust stellen

Slide 20 - Quiz

Als iemand een botbreuk heeft, wat mag je dan niet doen?
A
Het gebroken lichaamsdeel rust geven
B
Het gebroken lichaamsdeel steun geven
C
Het gebroken lichaamsdeel recht leggen
D
Het gebroken lichaamsdeel met rust laten

Slide 21 - Quiz

Iemand heeft een tweedegraads brandwond. Wat hoort niet bij eerste hulp
A
Koelen met lauw stromend water
B
Het slachtoffer gerust stellen
C
Na het koelen losjes met metallineverband verbinden
D
Een dikke laag koele brandzalf er op smeren

Slide 22 - Quiz

Waarom moet je voor iemand staan, als je aan zijn arm een verband aan legt?
A
Kun je zien of die persoon knap is
B
Dan kan die persoon zien wie jij bent
C
Dan kun je zien hoe die persoon reageert
D
Dan kan die persoon zien of je het goed doet

Slide 23 - Quiz

Als je iets uit een verbanddoos gebruikt, moet je.....
A
er voor betalen
B
de verbanddoos goed afsluiten
C
de spullen eerst ontsmetten
D
het materiaal meteen aanvullen

Slide 24 - Quiz

Als een ongeluk gebeurt, moet je je hoofd koel houden.
Wat betekent dat?
A
Je moet je pet snel afzetten
B
Je mag niet in paniek raken
C
Je moet jezelf koelte toewijven
D
Je moet snel de andere kant op kijken

Slide 25 - Quiz

Wat is het centrale alarmnummer voor heel Nederland?
A
0611
B
211
C
112
D
212

Slide 26 - Quiz

Waarom leg je witte watten op een steriel gaasje op een open snijwond?
A
Is lekker zacht en warm
B
Neemt wondvocht op
C
Ziet er zo beter uit
D
Blijft het beter steriel

Slide 27 - Quiz

Als iemand bewusteloos is.....
A
Lekker laten slapen, komt wel weer bij
B
Altijd ademhaling in de gaten houden
C
Blijven aanroepen. Misschien komt die bij
D
Gerust stellen, want dit is gevaarlijk

Slide 28 - Quiz

Wat hoeft er bij een melding aan het alarmnummer niet gemeld te worden?
A
de naam van de melder
B
de naam van het slachtoffer
C
het aantal slachtoffers
D
wat er is gebeurd

Slide 29 - Quiz

Wat is het verschil tussen een open en een gesloten botbreuk?
A
Bij een open botbreuk is er altijd een wond(je)
B
Bij een open botbreuk steekt het bot door de huid naar buiten
C
Een open botbreuk komt alleen voor bij de ledematen
D
Een gesloten botbreuk dient altijd in het ziekenhuis behandeld te worden

Slide 30 - Quiz

Maken Moodboard 
  • Je maakt individueel een moodboard op een A3 papier.
  • De inhoud van het moodboard is EHBO. Je gaat in tijdschriften/kranten op zoek naar plaatjes, letters, enz.
  • Wat jij denkt dat bij het onderwerp EHBO hoort.
  • 10 verschillende onderwerpen.
  • Gebruik geen tekst, behalve titel en naam
  • Volgende week presenteren.
  • Je krijgt hier een cijfer voor. 

Slide 31 - Slide

Voorkomen van ongevallen & EHBO

Beroerte, bloedingen en shock

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Wat is een beroerte?
A
Een beroerte is een verzamelnaam voor herseninfarct en een hersenbloeding.
B
Een beroerte is een verzamelnaam voor herseninfarct en TIA
C
Een beroerte is een verzamelnaam voor een hersenbloeding en een bloeding rondom de hersenen
D
Een beroerte is een verzamelnaam voor alle soorten bloedingen rondom de hersenen

Slide 34 - Quiz

Wat moet je doen bij een beroerte?
A
112 bellen
B
iemand neerleggen
C
iemand wat te eten geven
D
nagaan wat er is gebeurd

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Video

Wat is belangrijk bij een bloeding?

Slide 37 - Open question

Wat moet je doen als er nog een groot voorwerp in de wond zit?

Slide 38 - Open question

Bij een heftige bloeding is er kans op...


Shock

Slide 39 - Slide

Wat is een shock?
A
Er gaat elektrische stroom door het lichaam van het slachtoffer
B
Er stroomt onvoldoende bloed en zuurstof door het lichaam
C
Het slachtoffer is erg geschrokken
D
Het slachtoffer is hyperactief

Slide 40 - Quiz

Noem kenmerken van een shock

Slide 41 - Open question

Wat kun je doen als je iemand in shock aantreft
A
Laat slachtoffer zitten of liggen
B
Laat het slachtoffer iets eten of drinken
C
Laat het slachtoffer niet eten of drinken
D
Laat het slachtoffer even een stukje lopen

Slide 42 - Quiz

Bel je 112 als het slachtoffer in shock raakt?
A
Ja
B
Nee

Slide 43 - Quiz