Aan het eind van de les weet je wat je als bedrijf met btw moet doen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
les 3 - BTW toepassen
Aan het eind van de les weet je wat je als bedrijf met btw moet doen
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Kies het juiste antwoord. De btw die je aan je leverancier betaald hebt, noem je:
A
te verrekenen btw
B
voorbelasting
C
te betalen btw
Slide 3 - Quiz
Het verschil tussen te betalen btw en te vorderen btw is:
A
te verrekenen btw
B
voorbelasting
C
te betalen btw
Slide 4 - Quiz
De btw die de onderneming ontvangen heeft over de verkopen van zijn afnemers, heet:
A
te verrekenen btw
B
voorbelasting
C
te betalen btw
Slide 5 - Quiz
Als je iets koopt in de winkel betaal je btw aan de verkoper
De verkoper verzamelt al de van zijn klanten ontvangen btw en draagt dit bedrag af aan de fiscus (belastingdienst)
Als de verkoper producten gaat inkopen betaalt hij btw aan de leverancier. Deze betaalde btw krijgt de verkoper weer terug van de fiscus. (voorbelasting)
Slide 6 - Slide
Toegevoegde Waarde: waarde die je toevoegt
Ik koop een fiets in voor € 750,00 te vorderen btw € 157,50
Ik verkoop deze fiets voor - € 900,00te betalen - btw € 189,00
De waarde die is toegevoegd € 150,00 te verrekenen btw € 31,50