AG2- leerdoel 3: Familia

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

3: Familia

Wat heb je nodig om deze LessonUp af te ronden en de leerdoelen van "familia" te behalen?

1:  de woordjes van Familia (herhaling)

2: over jouw familie iets zeggen.

¿Cómo se dice "ouders" en español?
(vertaal ouders)

1. padres
2. padre
3. madre
4. hermanos

¿Cómo se dice "oma" en español?
(vertaal oma)

1. novia
2. tía
3. abuela
4. madre

¿Cómo se dice "broers/zussen" en español?
(vertaal )

1. abuelos
2. amigos
3. hermana
4. hermanos

Maak de zinnen hieronder compleet:

Haley es la ... de Alex

Maak de zinnen hieronder compleet:

Phil es el ... de Alex, Haley y Luke

Maak de zinnen hieronder compleet:

Claire y Phil son los ... de Lily.

Maak de zinnen hieronder compleet:

Jay y Gloria son los ... de Lily.

Maak de zinnen hieronder compleet:

Luke es el ... de Claire y Phil.

Audio

Luister de audio en noteer de antwoorden op een blaadje (straks nodig):

De rode letters = de namen die in haar stamboom (plaatje) missen.

De groene letters = de relatie tot haar (wat is het van haar?) 

Stamboom Naomi: Koppel de namen met letter

A

B

C

D

E

Juan

Raquel

Ricardo

Betty

Pepe

Jorge

Pedro

Abel

Lisa

Marcos

María

Stamboom Naomi: en koppel nu de letters met de familie-relatie

A

B

C

Mi hermana

Mi hermano

Mi tía

Mi madre

Mi prima

Mi sobrina

Mi amiga

¿Cómo se llaman tus padres y cuantós años tienen?

Mis primos..... Carlos y Juan

1. se llama
2. me llamo
3. se llaman
4. te llamas

Mi abuela... 80 años

1. tiene
2. es
3. tengo
4. soy

Het bijvoeglijk naamwoord:
Mi prima Luisa es un poco ...

1. diferentes
2. majo
3. inquieta
4. graciosas

La hermana de mi madre es mi..

1. prima
2. tia
3. hermana
4. sobrina

Yo soy la..... de mi madre

1. hermana
2. prima
3. hija

Beschrijf een familielid van jou. Vertel hoe die persoon heet, wat hij van jou is en hoe oud is hij of zij

Je bent klaar met de LessonUp/Leerdoel 3 (la familia)! Hoe vond je het gaan? Heb je naar je gevoel het leerdoel behaald? Waarom wel/niet?

Verdieping/Extra/Bonus:
Beschrijf de familie van Leonor (de princes van Spanje):
Leonor heeft.... (in het Spaans)