21IHS Rapport schrijven les 1

Rapport schrijven 
21IHS
Les 1
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 20 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Rapport schrijven 
21IHS
Les 1

Slide 1 - Slide

Programma:
Les 1: Introductie rapport schrijven
Les 2: Gram.H5 starten

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Na deze les weet ik hoe een rapport/ verslag is opgebouwd
Na deze les weet ik hoe ik een hoofdvraag en deelvragen moet formuleren

Slide 3 - Slide

Voorkennis
Onderzoek doen?
Hoofd- en deelvragen
Verslag/ scriptie/ rapport schrijven
Automatische inhoudsopgave
Paginanummers
Bronvermelding

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Waarom leren?
Vraag vanuit deze opleiding
Eventuele vervolgstudie

Slide 6 - Slide

Wat ga je leren?
1. Hoofd- en deelvragen formuleren
2. Onderzoek doen door bronnen te raadplegen
3. Onderzoek doen door data te verzamelen (enquête of interview)
4. Bronnen volgens APA-richtlijnen vermelden
5. Onderzoeksrapport schrijven 

Slide 7 - Slide

Opdracht
Je gaat zelfstandig een onderzoek uitvoeren en een onderzoeksrapport (verslag/ scriptie) schrijven. Je leert hierbij hoe een onderzoeksrapport is opgebouwd en hoe je een bronnenlijst moet opstellen volgens de APA-richtlijnen.

Slide 8 - Slide

Onderzoeksrapport
In een rapport beschrijf je iets wat je hebt onderzocht. Je geeft oplossingen voor een probleem of antwoord op een vraag. Een rapport besluit met een conclusie waarin je een oplossing beschrijft, aanbevelingen doet of voor- en nadelen op een rij zet. In een rapport beschrijf je bijvoorbeeld hoe je de kwaliteit van de klantenservice kunt verbeteren, of hoe je beter reclame kunt maken voor een product.

Slide 9 - Slide

Onderdelen verslag:
1 Omslag/ titelblad
2 Samenvatting (korte weergave van inleiding en conclusie)
3 Inhoudsopgave
4 Inleiding
5 Middenstuk (hoofdstukken)
6 Conclusie + aanbevelingen
7 Bronvermelding
8 Bijlagen

Slide 10 - Slide

Onderwerp:
1. Eerst onderwerp bepalen
2. Bestaat er een probleem wat je zou willen oplossen? Waar zou je meer over willen weten?
3. Bepaal je hoofdvraag
4. Bepaal je deelvragen

Slide 11 - Slide

Hoofdvraag:
De hoofdvraag is de centrale onderzoeksvraag van je verslag en zorgt voor focus in je onderzoek. De hoofdvraag stel je op met behulp van een probleemstelling (bv: personeelstekorten horeca, duurzaamheid, werkdruk etc).

Slide 12 - Slide

Hoofdvraag:
Aan de hand van het onderzoek dat je doet in je verslag/ scriptie, probeer je je hoofdvraag vervolgens in je conclusie te beantwoorden. Je hoofdvraag bepaalt dus het soort onderzoek dat je uitvoert.

Slide 13 - Slide

Deelvragen:
Omdat je hoofdvraag meestal te breed of complex is om direct te beantwoorden, gebruik je deelvragen om je hoofdvraag stap voor stap te beantwoorden. De deelvragen zorgen voor structuur in je onderzoek.

Slide 14 - Slide

Voorbeeld:
Hoofdvraag:
Hoe kan de horeca meer toekomstbestendig worden gemaakt?
Deelvragen:
1. Hoeveel mensen werken er in de horeca in Nederland?
2. Tegen welke huidige problemen lopen horecaondernemers aan?
3. Tegen welke toekomstige problemen moeten de horeca zich beschermen?
4. Welke innovaties of initiatieven bestaan er al om de horeca meer toekomstbestendig te maken?
5. Hoe kan de horeca omgaan met personeelstekorten?
6. Hoe kan de horeca duurzamer worden?

Slide 15 - Slide

Voorbeeld:
Hoofdvraag:
Hoe kan de horeca omgaan met het huidige personeelstekort?
Deelvragen:
1. Hoe groot is het personeelstekort in de horeca op dit moment?
2. Wat zijn de vooruitzichten in de toekomst?
3. Welke initiatieven worden er al genomen om personeelstekort in de horeca tegen te gaan?
4. Welke middelen kunnen er nog meer ingezet worden om het personeelstekort tegen te gaan in de toekomst?

Slide 16 - Slide

Voorbeeld:
Hoofdvraag:
Hoe moet de horeca zich aanpassen om in 2050 nog te kunnen bestaan?
Deelvragen:
1. Hoe ziet de horeca er nu uit in Nederland?
2. Tegen welke (toekomstige) uitdagingen/ problemen zal de horeca moeten opboksen?
3. Hoe zal de horeca in de toekomst moeten omgaan met voedsel?
4. Hoe zal de horeca zijn huisvesting/ inrichting moeten aanpassen?
5. Hoe zal de horeca in de toekomst moeten omgaan met personeel en het uitvoeren van diverse werkprocessen?

Slide 17 - Slide

Voorbeeld:
Je kunt een hoofdvraag ook toespitsen op een specifiek horecabedrijf:
1. Hoe duurzaam is restaurant ‘De Walrus’?
2. Hoe zou ‘Kiem’ zijn marketing kunnen verbeteren?
3. Hoe kunnen de praktijkdagen in ‘Kiem Plaza’ aantrekkelijker worden gemaakt?
4. Hoe kan Mark23 zijn personeelstekorten tegenaan?

Slide 18 - Slide

Aan de slag
1. Bedenk een onderwerp voor je onderzoek/ verslag
2. Bedenk een hoofdvraag
3. Bedenk deelvragen
4. Ga alvast op onderzoek uit naar bronnen. Noteer deze bronnen. Welke bronnen kun je gebruiken voor informatie?

Slide 19 - Slide

Les 2:
Lees theorie van Grammatica H5 
Maak de opdrachten van H5.1 (hoofdletters)

Slide 20 - Slide