samenvatting hfst 6 GL 3v

résumé chapitre 6
Aujourd'hui c'est ... (quel jour?)
C'est le ... (quelle date?)
Il est ... (quelle heure?)
1 / 14
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

résumé chapitre 6
Aujourd'hui c'est ... (quel jour?)
C'est le ... (quelle date?)
Il est ... (quelle heure?)

Slide 1 - Slide

source I: les comparaisons
les démarches :
  • vraag je af of het bijvoeglijk naamwoord voor of achter het zn staat
  • vraag je af of het om een vergrotende of een overtreffende trap gaat
  • pas het bijvoeglijk naamwoord aan als dat nodig is (kijk naar het zn of de persoon waar het bij hoort
  • let op de onregelmatige vormen (bon)

Slide 2 - Slide

vertaal:
het lekkerste ijsje
A
la plus bonne glace
B
la plus meilleure glace
C
la plus bon glace
D
la meilleure glace

Slide 3 - Quiz

vertaal:
het meest bezochte land
A
le pays le plus visité
B
le pays le plus visitée
C
le plus visité pays
D
le plus visitée pays

Slide 4 - Quiz

vertaal:
de moeilijkste toets
(contrôle - difficile)

Slide 5 - Open question

maak de vergrotende trap:
Cette église est (vieux) ... Notre Dame

Slide 6 - Open question

vertaal:
de gevaarlijkste wegen
(la route - dangereux)

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Link

l'impératif
les démarches:
  • vraag je af tegen wie het gezegd wordt
  • kies de ik-vorm, de wij-vorm of de u-vorm van de présent
  • let op de uitzondering bij 'aller'
  • lest op de afwijkende vormen bij 'avoir' en 'être'

Slide 9 - Slide

Monsieur, (help) - nous, s'il vous plaît!
A
aide
B
aider
C
aidez
D
aidons

Slide 10 - Quiz

(Laten we vertrekken) dans cinq minutes.
A
Partez
B
Partons
C
Pars
D
Partir

Slide 11 - Quiz

(Wees) à l'heure demain, Sophie.

Slide 12 - Open question

(Neem) la première rue à droite, madame.

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide