HV1B 11-2-2021




Aardrijkskunde HV1B





11 februari 2021
1 / 33
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson




Aardrijkskunde HV1B





11 februari 2021

Slide 1 - Slide

Oriëntatie
  • Leerdoelen
       - je weet waar in Nederland de meeste mensen wonen en waar de 
         bevolking groeit en afneemt
       - je begrijpt hoe en waarom de leeftijdsopbouw in Nederland verandert
       - je kunt informatie halen uit grafieken en kaarten over de bevolking

Slide 2 - Slide

Lesplanning
  • Uitleg §2.5 (15 min)
       Bevolkingsgroei in Nederland
  • Maken §2.5 (20min)
       Opdracht 1 t/m 5 (let op: 4b/c niet)

Slide 3 - Slide






Uitleg §2.5

Slide 4 - Slide

Wat weet je al over de
Nederlandse bevolking?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Link

Waardoor stierven er vanaf 1900
minder mensen?

Slide 7 - Mind map

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Waardoor werder er vanaf 1960
minder kinderen geboren?

Slide 10 - Mind map

Wat bekijk je bij sociale bevolkingsgroei?
A
emigratie
B
geboorte
C
immigratie
D
sterfte

Slide 11 - Quiz

Is er in Nederland meer emigratie of immigratie?
A
emigratie
B
immigratie

Slide 12 - Quiz

Wat zijn redenen om te immigreren naar Nederland?

Slide 13 - Open question

In welk deel van Nederland wonen de meeste mensen?
A
noorden
B
oosten
C
zuiden
D
westen

Slide 14 - Quiz

Waarom wonen veel mensen
in het westen van Nederland?

Slide 15 - Mind map

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Welke vorm had de bevolkingsgrafiek van Nederland in 1950?
A
piramide
B
ui
C
urn

Slide 20 - Quiz

Welke vorm had de bevolkingsgrafiek van Nederland in 2020?
A
piramide
B
ui
C
urn

Slide 21 - Quiz

Hoe heet het als er steeds meer ouderen komen?

Slide 22 - Open question

Wat gebeurt er met de bevolking in krimpgebieden?
A
aantal inwoners neemt toe
B
aantal inwoners neemt af

Slide 23 - Quiz

Wat kan er gebeuren met scholen en winkels in krimpgebieden?

Slide 24 - Open question

Slide 25 - Slide

Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Aan het werk
Wat?
Maken §2.5: opdracht 1 t/m 5 
(let op: 4b/c niet)
Waar?
Werkboek of digitaal lesmateriaal
Hoe?
20 minuten; zelfstandig
Vragen via chat of microfoon
Klaar?
Filmpjes: bevolkingsgroei en -samenstelling
Lezen §2.6

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

Slide 29 - Video







Afsluiting

Slide 30 - Slide

Huiswerk voor 25-2
  • Lezen §2.5
  • Maken §2.5: opdracht 1 t/m 5 (let op: 4b/c niet)

Slide 31 - Slide

Wat heb je vandaag
geleerd?

Slide 32 - Mind map

Welke uitspraak is het meest op jou van toepassing voor §2.5?
A
ik ken de stof goed
B
ik ken de stof redelijk
C
ik vind de stof lastig
D
ik heb meer uitleg of oefening nodig

Slide 33 - Quiz