Verhaal van een sociale verschoppeling van zijn geboorte en kindertijd tot zijn jonge volwassenschap. De schelm (ik-verteller) is altijd iemand die zonder de bescherming van een normale gezinssituatie opgroeit. Hij verhuist meermaals en komt van de ene in de andere situatie terecht, wat het verhaal een episodisch karakter geeft. De schelm is gewiekst; zijn opeenvolgende werkgevers is hij vaak te slim af. Ondanks zijn kwajongensstreken heeft hij een goed hart. In dit genre krijgt men een scherpere kijk op het leven, de zeden en de leefgewoonten van een bepaalde tijd.