test

Tekst
15 janvier 2024




1 / 28
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Tekst
15 janvier 2024




Slide 1 - Slide

1

Slide 2 - Video

04:08
Vertaal:
40 50 60

Slide 3 - Open question

2

Slide 4 - Video

00:13
Qu'est-ce que tu entends?
Wat hoor je?
A
Mon amour
B
Bonjour
C
Toujours

Slide 5 - Quiz

00:25
Qu'est-ce que tu entends?
Wat hoor je?
A
Tous les jours
B
C'était fou

Slide 6 - Quiz

Mon amour
Dis-moi à quoi tu penses
Si tout ça a un sens
Désolé si j'te dérange
Mon amour
Te souviens-tu de nous?
Du premier rendez-vous?
C'était beau, c'était fou
Je t'aime
J'sais pas pourquoi
Je rejoue la scène
Et c'est toujours la même fin qui recommence
Tu n'entends pas ma peine
On en fait quoi?
Est-ce que tu m'aimes?
Ou pas?
Mon amour
Je ferais tout ce que je peux

Un océan dans le feu
L'impossible si tu le veux
Oh, mon amour
Allez, reviens à Paris
Fais-le pour nous, je t'en supplie
Je le promets, j'ai compris
Je t'aime
J'sais pas pourquoi
Je rejoue la scène
Mais c'est toujours la même fin qui recommence
Tu n'entends pas ma peine?
On en fait quoi?
Est-ce que tu m'aimes?
Ou pas?
Dis-moi l'endroit
Je t'attendrai
Et si ne viens pas
Je t'attendrai
C'est bête, je sais
Je le ferais
Remplis d'espoir
Je t'attendrais
Je t'aime
J'sais pas pourquoi
Je rejoue la scène
Mais c'est toujours la même fin qui recommence
Tu n'entends pas ma peine
On en fait quoi?
Est-ce que tu m'aimes?
Est-ce que tu m'aimes?
Est-ce que tu m'aimes?
Est-ce que tu m'aimes?
Ou pas?
wat doen we eraan?

Slide 7 - Slide

test
A
AA
B
SDF
C
AAF
D
SA

Slide 8 - Quiz

Wat voeg je toe aan het bijvoeglijk naamwoord bij mannelijk, vrouwelijk, enkelvoud, meervoud?

Slide 9 - Open question

Waar staat het Franse bijvoeglijke naamwoord meestal?
A
achter het zelfstandig naamwoord
B
voor het zelfstandig naamwoord
C
ongeveer net zo vaak voor als achter het zelfstandig naamwoord
D
het staat niet bij het zelfstandig naamwoord

Slide 10 - Quiz

Ces livres sont très...
A
lourd
B
lourde
C
lourdes
D
lourds

Slide 11 - Quiz

Wat is de vrouwelijke vorm van het bijvoeglijk naamwoord "rouge" ?
A
rouge
B
rougee
C
rouges
D
rougée

Slide 12 - Quiz

Waar staat het bijvoeglijk naamwoord meestal?
A
achter het zelfstandig naamwoord
B
voor het zelfstandig naamwoord

Slide 13 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord in de zin: Il porte un t-shirt bleu.
A
porte
B
t-shirt
C
il
D
bleu

Slide 14 - Quiz

op welke plaats komt het bijvoeglijk naamwoord? voor of achter het zelfstandig naamwoord?
un ami (nouveau)
A
voor
B
achter

Slide 15 - Quiz

op welke plaats komt het bijvoeglijk naamwoord? voor of achter het zelfstandig naamwoord?
un pantalon (bleu)
A
voor
B
achter

Slide 16 - Quiz

op welke plaats komt het bijvoeglijk naamwoord? voor of achter het zelfstandig naamwoord?
la montagne (haute)
A
voor
B
achter

Slide 17 - Quiz

op welke plaats komt het bijvoeglijk naamwoord? voor of achter het zelfstandig naamwoord?
la fille (grande)
A
voor
B
achter

Slide 18 - Quiz

Een bijvoeglijk naamwoord staat ALTIJD achter het zelfstandig naamwoord
A
Nee, soms staat hij er ook voor
B
Ja dat is altijd zo
C
Nee, hij staat er meestal voor, behalve de uitzonderingen

Slide 19 - Quiz

Noem bijvoeglijke naamwoorden in het Frans die je al kent.

Slide 20 - Mind map

De plaats van het bn
De plaats van het bijvoeglijk naamwoord in het Frans is ACHTER het zelfstandig naamwoord behalve bij de woorden hieronder:
bon beau grand 
nouveau petit vieux



Slide 21 - Slide

komt het bijvoeglijk naamwoord voor of achter het zelfstandig naamwoord?
VOOR
ACHTER
italien
vieux
noir
bon
beau
sportif

Slide 22 - Drag question

komt het bijvoeglijk naamwoord voor of achter het zelfstandig naamwoord?
VOOR
ACHTER
heureux
cher
petit
grand
facile
nouveau

Slide 23 - Drag question

Waar past het bijvoeglijk naamwoord zich aan ?
A
Bijwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Voorzetsel
D
Lidwoord

Slide 24 - Quiz

Vorm van het bijvoeglijk naamwoord

- 4 verschillende vormen: m enk, v enk, mmv en vmv

Slide 25 - Slide

Aparte vormen
Sommige bijvoeglijke naamwoorden hebben een aparte vorm in de vrouwelijke vorm.
Beau ==> belle
Nouveau ==> nouvelle
Zie ook bladzijde 70 in je boek

Slide 26 - Slide

Wat is de vrouwelijke vorm van: bon?

Slide 27 - Open question

Wat is de vrouwelijke vorm van: vieux?

Slide 28 - Open question