Les 2

Overheid en bestuur
Hoofdstuk 5 
Kan de overheid dat regelen?
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Overheid en bestuur
Hoofdstuk 5 
Kan de overheid dat regelen?

Slide 1 - Slide

Inhoud van de les
  • Theorie vorige les bespreken
  • Leerdoelen doornemen
  • De theorie doornemen
  • Huiswerk opgeven & maken 

Slide 2 - Slide

Theorie vorige les
Wat is ook al weer....
- Het verschil tussen accijns en subsidie?
- Het verschil tussen de collectieve en particuliere sector?
- De drie lagen van de overheid?
- Het verschil tussen rijksbegroting en miljoenennota?
- De sociale zekerheid?

Slide 3 - Slide

Leerdoelen deze les
Je leert vandaag:
- Hoe de economie in ons land georganiseerd is
- Welke invloed de overheid op de economie heeft
- Welke instanties advies geven aan de overheid en waar de overheid gebruik van maakt.

Slide 4 - Slide

Marktwerking
In de particuliere sector heb je altijd te maken met marktwerking. Omdat ze winst willen behalen. Dat betekent dat de bedrijven met elkaar moeten concurreren om klanten te krijgen. 
Concurreren doen ze door middel van prijzen, kwaliteit of service.

Slide 5 - Slide

Organisatie van de economie
  • Hoe de economie van een land georganiseerd is kan heel verschillend zijn:
  • Je hebt de planeconomie, de vrijemarkteconomie en de sociale markt economie.

Slide 6 - Slide




Invloed van de overheid op de economie
Planeconomie
Sociale markteconomie
Vrijemarkt-economie



Overheid:

Slide 7 - Slide

Manieren om de economie te organiseren:

  • Plan economie = Landen waar de overheid bepaald wat er geproduceerd wordt, hoeveel door wie, en voor welke prijs.
  • Vrijemarkt economie = Economie waarin vraag en aanbod de prijzen bepalen, overheid grijpt niet in met regels of wetgeving.
  • Sociale markteconomie = Zie vrijemarkt economie, maar overheid grijpt wel in als dat nodig is om de basisbehoeften betaalbaar te houden en iedereen  een redelijk bestaan te garanderen.

Slide 8 - Slide

China-economie.


Door het communisme had China lang een Plan- economie. 

Slide 9 - Slide

Planeconomie
  • Planeconomie: voor bepaald aantal jaar vastleggen wat er geproduceerd moet worden .
  • Economisch gezien rampzalig, altijd tekorten.

Slide 10 - Slide

Vrijemarkteconomie
  • Vraag & aanbod bepalen de prijs
  • De overheid grijpt niet in met regels/wetten
  • V.S. lijkt hier op 

Vrijemarkteconomie is nergens helemaal aanwezig; overal is er wel een overheid die maatregelen neemt.

Slide 11 - Slide

Sociale markteconomie (Ned.)
  Taken van de overheid
  • zorgen voor veiligheid (politie en leger)
  • gezondheidszorg (ziekenhuizen)
  • sociale zekerheid (uitkeringen)
  • zorgen voor volkshuisvesting (wonen)
  • zorgen voor onderwijs
  • bepaalde voorzieningen (straatverlichting)


Slide 12 - Slide

Welk begrip zoek ik?
Een verplichte bijdrage die burgers en bedrijven aan de overheid betalen.
A
Belasting
B
BTW
C
Accijn
D
Subsidie

Slide 13 - Quiz

Welk begrip zoek ik?
Een financiële bijdrage van de overheid om mensen en bedrijven te steunen.
A
Belasting
B
BTW
C
Accijn
D
Subsidie

Slide 14 - Quiz

Collectieve goederen:
Kenmerken:
1. Voorzieningen waar iedereen gebruik van mag maken.
2. Ze zijn voor iedereen belangrijk bijv. politie
3. De overheid wil de kwaliteit in eigen hand houden bijv. de rechters
4. Je kunt moeilijk iedere Nederlander apart laten betalen. 
5. Het moet voor iedereen betaalbaar blijven bijv. onderwijs.

Slide 15 - Slide

Privatiseren
De overheid verkoopt een dienst / activiteit aan een bedrijf in de particuliere sector.

Slide 16 - Slide

Hoe neemt de overheid beslissingen?

Voordat de overheid bepaalde economische beslissingen neemt vragen ze vaak advies aan de volgende instellingen:
1. CBS = Centraal Bureau voor de Statistiek verzamelt informatie over economische veranderingen.
2. CPB = Centraal Planbureau onderzoekt wat de gevolgen van een economische maatregel kunnen zijn. 
3. SER = Sociaal Economische Raad adviseert de overheid over  bijv. werkgelegenheid, lonen enz. Bestaat uit werkgevers, werknemers en onafhankelijke deskundigen.

Slide 17 - Slide

Welk begrip zoek ik?
De overheid en de instellingen voor de sociale zekerheid
A
Collectieve sector
B
Particuliere sector
C
Rijksoverheid
D
Lagere overheden

Slide 18 - Quiz

Welk begrip zoek ik?
Provincies, gemeente en waterschappen
A
Collectieve sector
B
Particuliere sector
C
Rijksoverheid
D
Lagere overheden

Slide 19 - Quiz

Welk begrip zoek ik?
Burgers en bedrijven. Bedrijven verkopen goederen of diensten om winst te behalen.
A
Collectieve sector
B
Particuliere sector
C
Rijksoverheid
D
Lagere overheden

Slide 20 - Quiz

Welk begrip zoek ik?
Onze centrale overheid die vanuit Den Haag zaken regelt die voor het hele land van belang zijn.
A
Collectieve sector
B
Particuliere sector
C
Rijksoverheid
D
Lagere overheden

Slide 21 - Quiz

Welk begrip zoek ik?
Deze organisatie verzamelt allerlei informatie over economische veranderingen
A
CBS
B
CPB
C
SER
D
Collectieve goederen

Slide 22 - Quiz

Welk begrip zoek ik?
Voorzieningen die de overheid levert en betaalt en waarvan iedereen gebruik kan maken.
A
Particuliere goederen
B
CPB
C
SER
D
Collectieve goederen

Slide 23 - Quiz

Welk begrip zoek ik?
Adviesinstelling van de overheid die onderzoekt wat de gevolgen van economische maatregelen kunnen zijn.
A
Particuliere goederen
B
CPB
C
SER
D
Collectieve goederen

Slide 24 - Quiz

Afsluiting
Geef van iedere economie de kenmerken:
Planeconomie, Sociale markteconomie & Vrije markteconomie.
Wat is ook al weer privatiseren?

Huiswerk: Lees de theorie van blz. 140 t/m 143 en maak de opdrachten 1 - 3 - 4 - 5 - 8 - 9  - 10 - 11
Hier maak je een foto van en deze lever je in bij mij.

Slide 25 - Slide