What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Grammatica Chapitre 2 3HV
Hoe herken je een meewerkend voorwerp in een Franse zin?
A
begint met du, de la, de l', des
B
begint met avec, pour
C
begint met à, au, à la
D
begint met à, au, aux
1 / 21
next
Slide 1:
Quiz
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Hoe herken je een meewerkend voorwerp in een Franse zin?
A
begint met du, de la, de l', des
B
begint met avec, pour
C
begint met à, au, à la
D
begint met à, au, aux
Slide 1 - Quiz
Door welke woorden kun je het meewerkend voorwerp vervangen?
A
me, te, le, la, nous, vous, leur
B
me, te, lui, nous, vous, les
C
me, te, lui, nous, vous, leur
Slide 2 - Quiz
Wat is de plaats van het vervangwoord in de zin?
A
Altijd voor de persoonsvorm.
B
Altijd voor het voltooid deelwoord.
C
Als er een heel werkwoord in de zin staat, dan voor het hele werkwoord.
D
Als er een heel werkwoord in de zin staat, dan na het hele werkwoord.
Slide 3 - Quiz
Vervang het meew. voorwerp en maak een goede zin.
Jean a répondu au prof.
A
Jean a lui répondu.
B
Jean lui a répondu.
C
Jean l'a répondu.
D
Jean a répondu à lui.
Slide 4 - Quiz
Vervang het meew. voorwerp en maak een goede zin.
Il demande à moi un avis.
A
Il te demande un avis.
B
Il demande à m'un avis.
C
Il me demande un avis.
D
Il demande me un avis
Slide 5 - Quiz
Vervang het meew. voorwerp en maak een goede zin.
Elle ne donne pas son cahier à sa copine.
A
Elle ne lui donne pas son cahier.
B
Elle lui ne donne pas son cahier.
C
Elle ne donne pas son cahier à elle.
D
Elle ne la donne pas son cahier.
Slide 6 - Quiz
Vervang het meew. voorw. en maak een goede zin: Je vais donner un cadeau à mes parents.
A
Je leur vais donner un cadeau.
B
Je les vais donner un cadeau.
C
Je vais donner leur un cadeau.
D
Je vais leur donner un cadeau.
Slide 7 - Quiz
Le verbe "venir" (revenir, devenir)
Kijk nog eens goed naar de présent
je viens
tu viens
il/elle/on vient
nous venons
vous venez
ils/elles viennent
Slide 8 - Slide
hij komt
Slide 9 - Open question
wij worden
Slide 10 - Open question
De passé composé
Leer de 'je'vorm : je suis venu(e)
Je ziet dat het hulpwerkwoord een vorm is van être.
Ken dus de vervoeging van het ww être en kijk voor de uitgang van het voltooid deelwoord naar het onderwerp!!
Slide 11 - Slide
zij is gekomen
Slide 12 - Open question
zij zijn teruggekomen
Slide 13 - Open question
De imparfait
Neem de nous-vorm van de présent:
nous venons
Haal de -ons weg en vervang dit door
je - ais nous - ions
tu - ais vous - iez
il/elle/on - ait ils/elles - aient
Slide 14 - Slide
ik kwam
Slide 15 - Open question
jullie werden
Slide 16 - Open question
De passé composé van ww - er, ir, re
Haal de laatste 2 letters van de infinitief af en vervang ze
bij werkwoorden op
- er door é
- ir door i
-re door u
Kijk goed of het hulpww een vorm is van avoir of van être!
Slide 17 - Slide
je (choisir)
Slide 18 - Open question
mes parents (attendre)
Slide 19 - Open question
Paula et Simone (aller)
Slide 20 - Open question
Slide 21 - Slide
More lessons like this
Grammatica Chapitre 2 3HV
November 2020
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Grammatica Chapitre 2 3HV
December 2021
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Ch.2 - herhalen Grammatica Chapitre 2 havo3
December 2020
- Lesson with
28 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Chpt 2 - herhaling Grammatica - 3HV
December 2021
- Lesson with
25 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Grammatica Chapitre 2 - herhaling - 3H
December 2020
- Lesson with
47 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Grammaire chapitre 2 (3 havo)
December 2020
- Lesson with
26 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
4 Chapitre 1B Parler-Imparfait
October 2023
- Lesson with
25 slides
Frans
Enseignement Secondaire
VWO 3 PW 24 maart 2021 (vragen, imparfait, futur, meew. vw)
March 2021
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3