3.3 lezen 2HV

3.3 lezen 
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3.3 lezen 

Slide 1 - Slide

Leerdoelen

  • betogende tekst
  • argumenten
  • kritisch lezen
  • tekstverband oorzaak/gevolg 

Slide 2 - Slide

Wat weet je nog van de betogende tekst?

Slide 3 - Mind map

Het betoog

Doel: overtuigen

De schrijver geeft zijn mening.

Slide 4 - Slide

De opbouw
driedeling:
inleiding: mening geven en onderwerp noemen
kern: argumenten geven
slot: conclusie en/of samenvatting

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

#Dilemma op dinsdag#
Maak een keuze + formuleer een argument waarom je hiervoor kiest.

Slide 7 - Open question

Alinea 
betrouwbaarheid
tussenkopje
onderwerp
signaalwoord
kernzin
Tekstverband
bron
Inleiding
deelonderwerp

Slide 8 - Drag question

Voorbeeld betoog

Slide 9 - Slide

Wie ziet de spelfout? Je hebt 1 min. de tijd. 

Slide 10 - Slide

Wat is het doel van een betoog?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Wat weet jij van
tekstverbanden?

Slide 13 - Mind map

Slide 14 - Slide

Wat is een tekstverband?
  • de manier waarop zinnen en alinea's met elkaar te maken hebben. 
  • er zijn meerdere soorten tekstverbanden
  • je kunt tekstverbanden herkennen aan signaalwoorden

Slide 15 - Slide

Welke tekstverbanden ken je al?

Slide 16 - Open question

Wat is het tekstverband in de onderstaande zin?
Ik ga eerst naar school, dan ga ik huiswerk maken, vervolgens ga ik hockeyen en ten slotte kijk ik nog een half uurtje televisie.

Slide 17 - Open question

Aan welke signaalwoorden zie je dat?
Ik ga eerst naar school, dan ga ik huiswerk maken, vervolgens ga ik hockeyen en ten slotte kijk ik nog een half uurtje televisie.

Slide 18 - Open question

Aan welk woord zie je dat dit een tegenstelling is?
In het weekend heb ik een baantje, maar door de week heb ik daarvoor geen tijd.

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Bedenk zelf een zin waarin je een signaalwoord van het tekstverband oorzaak/gevolg gebruikt.

Slide 21 - Open question

'Ook'
A
Concluderend
B
Tijdsvolgorde
C
Tegenstellend
D
Opsommend

Slide 22 - Quiz

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
opsomming
tegenstelling
samenvatting
echter
maar
ook
samenvattend
daarnaast
kortom

Slide 23 - Drag question

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
concluderend
oorzaak-gevolg
tijdsvolgorde
dus
nadat
zodat
dadelijk
doordat
dan ook

Slide 24 - Drag question

Aan de slag!
Je maakt de leestaak opdr. 17 t/m 24
of
Je leert voor de toets begrijpend lezen.

Slide 25 - Slide