What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Les 2: Mens en gezondheid Hoofdstuk 9
Mens en gezondheid
Hoofdstuk 9
Een maaltijd bereiden en opdienen.
1 / 49
next
Slide 1:
Slide
Zorg en Welzijn
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
This lesson contains
49 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
8 videos
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Mens en gezondheid
Hoofdstuk 9
Een maaltijd bereiden en opdienen.
Slide 1 - Slide
Doelen:
Ik weet welke keukengerei en apparatuur er in de keuken gebruikt worden.
Ik weet hoe ik ingrediënten kan wegen en meten.
Ik weet hoe ik een recept moet lezen, omrekenen en bereiden.
Ik weet de hygiëneregels in de keuken en voor zichzelf.
Slide 2 - Slide
Een recept lezen
Slide 3 - Slide
Recept
ingrediënten
Aantal personen
Bereidingswijze
Slide 4 - Slide
Stappen werken met een recept
Was je handen
Lees het recept goed door
Zet de ingrediënten klaar
Zet de materialen klaar
Weeg of meet de ingrediënten af
6. Volg de stappen volgens het recept
7. Ruim afval direct op
8. Presenteer het gerecht
9. Was af en ruim de keuken op
Slide 5 - Slide
Recept omrekenen
Meer personen; vermenigvuldigen ( x )
Minder personen: delen door ( : )
Bekijk hoe vaak je het recept moet vermenigvuldigen
Gebruik eventueel een verhoudingstabel
VOORBEELD blz 189 - klassikaal
Slide 6 - Slide
Meten en wegen:
Wanneer gebruik je een maatbeker?
Waar let je op bij gebruik van een weegschaal?
Slide 7 - Slide
Opdracht
Lezen blz 185 t/m 189
Maken 9.02 t/m 9.06 (blz 186 t/m 191)
Slide 8 - Slide
Wegen en meten
Vloeistoffen kun je afmeten in een maatbeker.
1 liter
1000ml
1 liter
100 cl
1 liter
10 dl
Slide 9 - Slide
Liters
1 liter (l) = 10 deciliter (dl) = 100 centiliter (cl) = 1000 milliliter (ml/cc)
1 dl = 10 cl = 100 ml
1 cl = 10 ml (10 cc)
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Kilogram
1 kilo = 1 pond = 1 ons =
1000 gram 500 gram 100 gram
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Een kilo is evenveel als
A
100 gram
B
1.000 gram
C
1.000 milliliter
D
100 centiliter
Slide 14 - Quiz
Hoeveel is een pond
A
50 gram
B
5000 gram
C
5 gram
D
500 gram
Slide 15 - Quiz
Hoeveel is een ons
A
10 gram
B
1 gram
C
100 gram
D
1000 gram
Slide 16 - Quiz
Opdracht
Lezen blz 192 t/m 194
Maken 9.07 t/m 9.10
Slide 17 - Slide
Keukengerei en -apparatuur:
Wat is het verschil?
Voorbeelden.
Wanneer gebruik je het?
Slide 18 - Slide
keukengerei en Keukenapparatuur
K
eukengerei
=
zijn pannen, messen, bakblikken, een deegroller, weegschaal en een keukenwekker. Het is het gereedschap voor in de keuken.
Keukenapparatuur
=
fornuis, oven, magnetron, frituurpan.
Slide 19 - Slide
Is dit keukengerei of keukenapparatuur
Slide 20 - Open question
Welke apparatuur zie je hier ?
Slide 21 - Open question
Snijplanken
Slide 22 - Slide
Werkvorm snijplanken
Je krijgt een briefje met daarop 5 producten genummerd van 1 t/m 5
Iedere ronde ga je staan bij de snijplank die past bij jouw product. Dus ronde 1 = product 1
Slide 23 - Slide
Opdracht
Keukenapparatuur en keukengerei
Lezen blz 195-197
Maken 9.11 t/m 9.15
Slide 24 - Slide
Schoonmaken
,
opdelen en bereiden
Slide 25 - Slide
Mise en Place
Voorbereidende werkzaamheden.
Uit het Frans letterlijk vertaalt:
'op zijn plaats gezet’.
Je begint met je handen wassen.
Lees het recept en de bereidingswijze goed.
Zet al je keukengerei klaar.
Pak de juiste pannen en schalen.
Zet je ingrediënten klaar.
Weeg / meet ingrediënten af.
Maak de groenten schoon.
Kruid het vlees.
Ruim afval meteen op.
Kijk waar je mee moet beginnen en volg het recept
Bereid het eten.
Zorg dat het eten mooi op tafel komt.
Was af en ruim op.
Slide 26 - Slide
Wat wordt bedoeld met
'mise en place'?
Slide 27 - Open question
Snijtechnieken
Er zijn verschillende snijtechnieken:
brunoise
julienne
chinoise
hakken
Opdelen= het kleiner maken van ingrediënten.
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Video
Snijtechnieken:
Wat is de snijtechniek Julienne?
A
Reepjes
B
Blokjes
C
Ruitjes
D
Schijfjes
Slide 30 - Quiz
Welke snijtechniek is hier toegepast?
A
Brunoise
B
Chinoise
C
Julienne
D
Hakken
Slide 31 - Quiz
Snijtechnieken:
Wat is de snijtechniek
Chinoise?
A
Reepjes
B
Blokjes
C
Ruitjes
D
Hakken
Slide 32 - Quiz
Slide 33 - Video
Hoe heet het snel klein snijden van producten zoals peterselie of noten?
A
Hakken
B
Raspen
C
Schaven
D
Snipperen
Slide 34 - Quiz
Bereidingstechnieken
Manieren om eten te bereiden
* koken
* bakken
* braden
-Fruiten
-Magnetron gebruiken
-Frituren
-Roerbakken of wokken
-Smoren
-Grillen
-Stomen
-Stoven
*
*
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Video
Slide 37 - Video
Slide 38 - Video
Wat is fruiten
A
Een stuk fruit bakken
B
Een product snel en op hoog vuur bakken
C
Een product frituren
D
Een product glazig bakken
Slide 39 - Quiz
Wanneer kookt water ?
A
60 graden
B
90 graden
C
100 graden
D
50 graden
Slide 40 - Quiz
Welke bereidingstechniek hoort bij een gerecht gaar maken in de damp van heet water
A
koken
B
stomen
C
bakken
D
braden
Slide 41 - Quiz
Welke bereidingstechniek hoort bij een gerecht bruin en gaar maken in margarine zonder deksel op de pan
A
bakken
B
braden
C
koken
D
stomen
Slide 42 - Quiz
Opdracht
Lezen blz 203 t/m 208
Maken 9.17 t/m 9.22
Niet 9.16
Slide 43 - Slide
Gerechten presenteren
Waar let je op bij het opdienen van eten?
de kleur,
de vorm
en de textuur.
Garneren? Wat is dat?
Slide 44 - Slide
Slide 45 - Video
Gerechten presenteren
Tafeletiquette
de tafel wordt volgens een bepaalde manier gedekt.
Mes en lepel
Aan de rechterzijde van het bord of servet.
Snijkant van het mes naar binnen,
bolle kant van de lepel op tafel.
Allebei aan de rand van de tafel.
Vork
Aan de linkerzijde van het bord of servet.
De eerste vork aan de rand van de tafel,
de tweede vork verspringend naar boven.
Kopbestek voor nagerecht
Aan de bovenkant v/h bord of servet.
Vanaf servet gezien: Mes, Vork, Lepel
Ezelsbruggetje: Met Veel Liefde
Side plate:
Links van de vorken.
De bovenkant van de side plate is op gelijke hoogte met het servet of bord.
Wanneer toast en boter apart worden geserveerd, ligt op de side plate nog een botermesje. De snijkant naar links.
Slide 46 - Slide
E
en couvert kan verder uitgebreid worden met
Waterglas
Koffielepels, theelepels, espresso lepel, taartvorkjes
Dessertbestek; dessertmes, dessert vork, dessertlepel
Visbestek; visvork, vismes, oestervork, kreefthaak
Couvert
Is het tafelgerei dat de gast gebruikt om te eten en drinken.
Standaard couvert / à la carte couvert
Grote vork
Groot mes
Grote lepel
Servet
Toastbordje (side plate)
Wijnglas
Slide 47 - Slide
Waar bestaat een standaard couvert uit?
A
Bloemen, peper en zout, kaarsje of lichtje
B
Menukaart, tandenstokers, olie en azijn
C
Grote vork, groot mes, grote lepel, servet, side plate en wijnglas
D
Grote vork, groot mes, water glas
Slide 48 - Quiz
Opdracht
Lezen: blz. 209 t/m 214
Maken 9.23 t/m 9.26
9.27 Begrippen
Slide 49 - Slide
More lessons like this
Hoofdstuk 9: Maaltijd bereiden PVC
May 2023
- Lesson with
48 slides
Zorg en Welzijn
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Hoofdstuk 9: Maaltijd bereiden PVC
15 days ago
- Lesson with
48 slides
Zorg en Welzijn
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Les 2: Mens en gezondheid Hoofdstuk 9
October 2024
- Lesson with
42 slides
Zorg en Welzijn
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Hoofdstuk 9: Maaltijd bereiden PVC
16 days ago
- Lesson with
48 slides
Zorg en Welzijn
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
H9 Een maaltijd bereiden en opdienen
September 2022
- Lesson with
28 slides
Zorg en Welzijn
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
M & G H9: Een maaltijd bereiden en opdienen
February 2024
- Lesson with
27 slides
Zorg en Welzijn
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Hoofdstuk 9: Een maaltijd bereiden
May 2024
- Lesson with
19 slides
Welzijn
Speciaal Onderwijs
Leerroute 1
Hoofdstuk 9
October 2022
- Lesson with
44 slides
Zorg en Welzijn
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3