This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Bijvoorbeeld:
worden - en = word
leiden - en = leid
houden -en = houd
De persoonsvorm spellen in de
tegenwoordige tijd
Als de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd staat,
zijn er maar drie mogelijkheden
Enkelvoud ik-vorm of jij erachter:
schrijf alleen de stam
ik loop
ik fiets
ik praat
ik vind
loop jij
fiets jij
praat jij
vind jij
Enkelvoud andere vormen:
schrijf de stam + t
jij loopt
hij fietst
zij praat
Fred vindt
Meervoud:
schrijf het hele werkwoord
wij lopen
zij fietsten
jullie praten
Fred en Laurien vinden
PERSOONSVORM
in de
VERLEDEN TIJD
ZWAKKE WERKWOORDEN
ZWAKKE
werkwoorden
de klank blijft in de verleden tijd hetzelfde
REGELS verleden tijd
bij zwakke werkwoorden
In het enkelvoud: stam + te / stam + de
In het meervoud: stam + ten / stam + den
- Vaak hoor je of je stam + te(n) of stam + de(n)
moet gebruiken
- Gebruik een ezelsbruggetje als je
het niet (zeker) weet
- je kent de stam van een werkwoord
- je kunt de persoonsvorm in de vt zetten