Herhaling krachten 4 en H1-3

Krachten
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Krachten

Slide 1 - Slide

Doel
Het geleerde toepassen van alle hoofdstukken

Slide 2 - Slide


Wat voor soort beweging is in deel D van de grafiek getekend ?
A
Eenparige (constante) beweging
B
Eenparig versnelde beweging
C
Eenparig vertraagde beweging
D
Stilstand

Slide 3 - Quiz

bekijk de afbeelding van Femke op de fiets. Femke reed met constante snelheid, wat voor soort beweging voert Femke uit nu de twee krachten op haar werken?
A
een eenparige beweging
B
een versnelde beweging
C
een vertraagde beweging
D
dat kun je niet zeggen

Slide 4 - Quiz

Afgelegde weg
Een auto heeft een motorkracht van 3200 N en een totale wrijvingskracht van 800 N. De auto heeft een massa van 800 kg. Bereken de versnelling. 
  • Gegeven: Fr = 3200 N – 800 N = 2400 N 
  •                      m = 800 kg 
  • Gevraagd: a (versnelling) in m/s² 
  • Oplossing: a = Fr/m  
  •                         a = 2400/800 = 3 m/s² 

Oplossing
       

Gegeven
Gevraagd

Slide 5 - Slide

Krachten ontbinden
De massa van de fiets plus fietser is 90 kg.
Ontbindt de zwaartekracht in twee onderling loodrechte componenten: één evenwijdig aan het tafelblad en één er loodrecht op.
Bereken de grootte van deze componenten.

Slide 6 - Slide

Fietsen van een berg
De massa van fiets + fietser bedraagt 40 kg. Teken de zwaartekracht op de fietser en ontbind deze in 2 componenten.
De fietser laat zich zonder trappen naar beneden rijden,
Bereken de versnelling.

Slide 7 - Slide

Hoever kan de poes op de plank lopen?
Bepaal eerst het zwaartepunt van de plank ten opzichte van de kaderand.
De plank is 3,0 m en is 9 kg zwaar. De plank steekt 1,0 meter buiten de kade uit.

Slide 8 - Slide

Heftruck
De totale massa van de heftruck zonder last is 13,5 ton. In de figuur hierboven is de heftruck op schaal getekend. In deze figuur is de zwaartekracht op de heftruck zonder last aangegeven.
De loodrechte afstand tussen punt P en de werklijn van de zwaartekracht op de heftruck is 2,00 m. De afstand MP is 3,00 m. Bij maximale belasting kantelt de heftruck nog net niet voorover.

Slide 9 - Slide

Bepaal Fn

Slide 10 - Slide

Zino gebruikt een takel om een piano op te hijsen. Zijn takel bestaat uit twee vaste katrollen, drie losse katrollen en een heleboel touw.
  • Maak een schets van de takel van Zino.
  • Hoeveel touw moet Zino  inhalen om de piano  3,12 m omhoog te takelen?
  • Hoeveel spierkracht heeft Zino nodig om de piano  van 121kg omhoog te takelen?

Slide 11 - Slide

Je hebt een takel met 6 katrollen. Je moet een last van 75 kg naar de eerste verdieping tillen. Het raam bevind zich op 8 meter hoogte.
Wat is de trekkracht en hoeveel meter touw moet ik  binnen halen?

Slide 12 - Slide

Ontbind de zwaartekracht in twee componeten. Hoe groot is de kracht die op de touwen werkt?

Slide 13 - Slide

In de kruiwagen liggen stenen met een totale massa van 200 kg. 
Bereken de spierkracht die nodig is om de kruiwagen te verplaatsen.
Vanaf het draaipunt tot het zwaartepunt van de kruiwagen bedraagt 36cm en van het draaipunt tot het handvat is 1,2m.

Slide 14 - Slide

Een motorrijder staat voor het verkeerslicht en trekt gedurende 3,2 seconden op. De motor heeft een constante motorkracht van 2000 N. De gemiddelde wrijvingskracht op de motor met motorrijder is 400 N. De motor met bestuurder hebben in totaal een massa van 300 kg. Bereken de afgelegde weg na 3,2 seconden.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Energieverbruik  


Tijdens een autoritje van 546 km is de verbrandingsenergie is 33 ∙ 10⁶ J. De auto rijdt 1:14. Het rendement van de gehele aandrijving is 22%. De snelheid is gemiddeld 90 km/h. 
a. Bereken de nuttige energie die de auto heeft geleverd.
b. Bereken het nuttig vermogen dat de auto heeft geleverd.   

Slide 17 - Slide

Een bus staat voor een verkeerslicht en trekt op. Na 4,0 seconden heeft de bus een snelheid van 72 km/h. De bus levert een kracht van 1245 N. Bereken de massa van de bus.

  • Gege


Slide 18 - Slide

Een straaljager ontwikkeld op de startbaan in 5,0 seconden een snelheid van 270 km/h. Bereken de afstand die de straaljager aflegd.

Slide 19 - Slide

Een scooter staat voor een verkeerslicht en trekt eenparig versneld op. In 6,0 seconden heeft de scooter een snelheid van 54 km/h. b) Bereken de afgelegde weg na 6,0 s.
  • 2. a) a=Δv/Δt 
  • 15/6 = 2,5 m/s²
  • b) s= ½ . a. t²
  • ½ .2,5.6² = 45 m

Slide 20 - Slide

Een auto staat in eerste instantie stil. De auto heeft tijdens het optrekken (in totaal 4,0 s) een motorkracht van 5400 N en een gemiddelde wrijvingskracht van 1800 N. De auto heeft een massa van 900 kg.

Bereken de afgelegde weg na 4,0 s
  • Fr:  5400 - 1800 = 3600 N 
  • a= Fr/m
  • 3600/900= 4 m/s²     
  • s =½ ∙ a. t² 
  • ½ ∙4∙4² = 32 m

Slide 21 - Slide

Een vrachtwagen trekt eenparig versneld op en heeft na 10 seconden een snelheid van 54 km/h. Bereken de afgelegde weg na 10 seconden 
  • 4. a=Δv/Δt 
  • 15/10 = 1,5 m/s²
  • s= ½ ∙ a∙ t² 
  • ½∙1,5∙10² = 75 m

Slide 22 - Slide

Een tractor heeft een massa van 850 kg. De tractor trekt eenparig versneld op vanuit stilstand en heeft na 5,0 seconden een snelheid van 18 km/h. Bereken de resulterende kracht op de tractor.
  • 5. a=Δv/Δt 
  • 5/5 = 1 m/s²
  • Fr = m∙a 
  • 850∙1 = 850 N

Slide 23 - Slide

Huiswerk voor
leren H1 t/m H4

Slide 24 - Slide