Argumentatiestructuren

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Vandaag:

- huiswerk bespreken
- H. 20 Argumentatiestructuren

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

H 20 Argumentatiestructuren

Je leert hoe je argumentatiestructuren herkent en hoe je de aanvaardbaarheid van argumenten beoordeelt. 

Slide 5 - Slide

Argumentatiestructuren:

- Enkelvoudig
- Nevenschikkend
- Onderschikkend

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

 Nevenschikkend: meerdere argumenten

- onafhankelijk: argumenten staan los van elkaar
- afhankelijk: argumenten kunnen niet los van elkaar

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Iedereen zou moeten stoppen met roken, want roken kost veel geld en het is belangrijk om geld te besparen.
A
afhankelijk
B
onafhankelijk

Slide 10 - Quiz

Iedereen zou moeten stoppen met roken, want roken is ontzettend slecht voor je gezondheid en kost veel geld.
A
afhankelijk
B
onafhankelijk

Slide 11 - Quiz

Onderschikkende argumentatie:
Een argument wordt ondersteund met een ander argument. 
Iedereen zou  moeten stoppen met roken, want roken is ontzettend slecht voor de gezondheid, want roken kan zorgen voor hart- en vaatziekten.

Slide 12 - Slide

Welke argumentatiestructuur herken je hier?

Slide 13 - Slide

Welke argumentatiestructuur?
A
onderschikkend
B
nevenschikkend, afhankelijk
C
nevenschikkend, onafhankelijk

Slide 14 - Quiz

Welke argumentatiestructuur herken je hier?

Slide 15 - Slide

Welke argumentatiestructuur?
A
onderschikkend
B
nevenschikkend, afhankelijk
C
nevenschikkend, onafhankelijk

Slide 16 - Quiz

Maak opdracht 1, 3 en 4 (blz. 98). 

Wat niet af is, is huiswerk voor maandag. 

Slide 17 - Slide