Werkplaats ICT

Hoofdstuk 3
Het oude Egypte
1 / 12
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Hoofdstuk 3
Het oude Egypte

Slide 1 - Slide

Wat weten we al over het oude Egypte?
Stap 1: Pak je mobieltje uit je tas.         
Stap 2: Scan de Qr code.                         
Stap 3: Maak een kopje aan in Padlet  
en schrijf daar jouw kennis      
over het oude Egypte.                

Slide 2 - Slide

Leerdoelen:
- De leerling is in staat om uit te leggen hoe het oude Egypte is ontstaan
- De leerling is in staat uit te leggen hoe de samenleving in het oude Egypte er uit zag
- De leerling is in staat om de religie van de oude egyptenaren uit te leggen

Slide 3 - Slide

Het ontstaan van Egypte
- Tussen 5000 en 4000 voor Chr. ontstond er akkerbouw en veeteelt in Egypte. De Egyptenaren hadden hun eerste 'steden' gebouwt rondom de Nijl. Die was erg belangrijk voor de oude egypte naren, dit omdat het water en voedsel gaf. Rond om de Nijl was niets meer dan alleen woestijn. Wanneer de Nijl overstroomde liet het een vruchtbare slib achter. In die slip konden ze dan producten gaan verbouwen. 
- Doordat de mensen hadden geleerd hoe je producten kan verbouwen, was de zoektocht naar eten gestaakt. De mensen hoefden niet langer rondtetrekken en konden nu op één plek blijven en zo ontstonden de eerste dorpen. Dit noemen we een landbouwsamenleving.
- Op een gegeven moment ging het verbouwen van gewassen zo goed, dat niet iedereen meer boer hoefte te zijn. Er vond specialisatie plaats. Zo ontstonden er beroepen zoals timmerman en bijvoorbeeld een smid. 
- De Egyptenaren leerde de Nijl te beheersen met dammen, dijken en sloten. Ze zorgde ervoor dat het water niet direct wegstroomde als het waterpeil begon te zakken. Het vruchtbare slib had zo de tijd om zich op de bodem vast te zetten. Deze beheersing van de Nijl noemen we de waterhuishouding. Om de waterhuishouding goed te regelen was er samenwerking tussen verschillende dorpen nodig. Sommige dorpen veroverde het grondgebeid van andere. Zo ontstonden er grote gebieden geleid door een koning. 


Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

De staat
- Rond 3100 voor Chr. Wist Menes, koning van Boven-Egypte een gebeid te vormen met een staat. Een staat is een land met duidelijke grenzen. In Egypte had de farao de leiding. Hij werd geholpen door ambtenaren. Alle ambtenaren bij elkaar noemen we het bestuurs apparaat.      
 - Het leven in een staat had voor de gewonen man nadelen: Hij moest een deel van zijn oogst als belasting betalen. Hij was verplicht te helpen bij het leger en de waterhuishouding. In oorlogstijd moest hij als soldaat. Hij had geen invloed op het bestuur. Maar het had ook voordelen: De waterhuishouding werd goed geregeld. Betere bescherming. Meer beroepen
- Een oorlog is een gewapende strijd. In 30 voor Chr. Werd Egypte deel van het Romeinse rijk. De laatste farao was Cleopatra.

Slide 6 - Slide

De Egyptische samenleving
Toen Egypte een staat werd moest er veel geregeld worden. Sommige mensen kregen meer macht en de ander werd bijvoorbeeld rijker. Er ontstond daardoor een gelaagde samenleving. Een gelaagde samenleving is een samenleving met rang orde, ook wel verschillende lagen genoemd. In het oude egypte was het mogelijk om van de ene laag naar de andere te komen.
 

Laag 1: Farao
Laag 2: hoogste ambtenaren, vizier
Laag 3: hoge ambtenaren
Laag 4: lage ambtenaren, schrijvers, priesters.
Laag 5: ambachtslieden, kooplieden
Laag 6: boeren, landarbeiders, bediende.
Laag 7: slaven.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Religie in oud Egypte 
- Niet alleen farao’s hadden veel macht, ook de goden waren machtig. Zo dachten de Egyptenaren. Als mensen in 1 of meer goden geloven, dan hebben die een godsdienst. Ook de oude Egyptenaren geloofden dat er een heleboel goden en godinnen bestonden maar liefst meer dan 2000. Wel moest je ze op de juiste manier vereren. Dat was wat de mensen vroeger dachten. 
- Overal bestond een god voor. Het belangrijkste was de zonnegod Amon-Re. De Egyptenaren dachten dat hij elke dag in een boot langs de hemel voer. Van het oosten tot aan het westen. 
- Een belangrijke god was Osiris, de god van de dodenwereld. En Taweret, een godin die voor de pasgeboren baby’s zorgde. Ook de god Bes was geliefd en tegelijk een beetje grappig. Hij zag eruit als een kleine dwerg, die van muziek en dans hield. Maar hij was zo lelijk, dat zelfs de bozen geesten voor hem op de vlucht sloegen Tempels. 
- De Egyptenaren brachten offers en geschenken aan hun goden. Mensen bouwden grote gebouwen voor de goden die heten tempels. Niemand mocht daar naar binnen, alleen de priesters en de farao’s. Zij stonden tussen de mensen en de goden in. Om de goden te vriend te houden gingen ze een paar keer per dagen naar de tempel, ze brachten dan eten en drinken mee. En zorgde er voor dat de beelden met bijenwas werden ingesmeerd.

Slide 9 - Slide

Wat weten we nog over het oude egypte?
Stap 1: Pak je mobieltje uit je tas.         
 Stap 2: Scan de Qr code.                         
Stap 3: Speel de memory in stilte!        

Ben je klaar? wacht eventjes in stilte
We gaan het nog nabespreken!
   
               

Slide 10 - Slide

beknopte samenvatting: 
- Het oude Egypte ontstond tussen 5000 en 4000 v.Chr. langs de rivier de Nijl. De vruchtbare slib na overstromingen maakte landbouw mogelijk en leidde tot dorpsvorming. Koning Menes creëerde rond 3100 v.Chr. een staat. Het leven draaide om een gelaagde samenleving met de farao aan de top en religie speelde een belangrijke rol met vele goden en tempels. Egypte werd uiteindelijk deel van het Romeinse rijk in 30 v.Chr.

Slide 11 - Slide

Klaar!

Slide 12 - Slide