Oefenen 11, 12, 13, 26 en 27

Oefenen 


Oefenen voor SO
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Oefenen 


Oefenen voor SO

Slide 1 - Slide

Deze les...
- Lesdoelen doornemen
- Toetsstof oefenen (op papier)
- Vragen stellen over de toets


Slide 2 - Slide

Lesdoelen

- Ik weet wat ik moet leren voor de toets van morgen.
- Ik weet hoe ik kan leren voor de toets van morgen.
- Ik ben goed voorbereid op de toets van morgen.

Slide 3 - Slide

Oefenen


Pak je schrift en een pen,
we gaan oefenen!

Slide 4 - Slide

Les 11 & 12: Meervoudsvormen
Noteer de meervoudsvormen:
1.  boot                                                6.   knie
2. pizza                                               7.    dvd
3. druif                                                8.   havik
4. schip                                              9.   milieu
5. baby                                                10. groente

Slide 5 - Slide

Les 11 & 12: Meervoudsvormen
Noteer de meervoudsvormen:
1.  boot       - boten                          6.   knie         - knieën
2. pizza      - pizza's                        7.    dvd          - dvd's
3. druif       - druiven                      8.   havik       - haviken
4. schip      - schepen                   9.   milieu     - milieus
5. baby       - baby's                       10. groente  - groenten / groentes

Slide 6 - Slide

Vragen?
Heb je vragen over de spelling van de meervoudsvormen?

Slide 7 - Slide

Les 13: Hoofdletters
Neem de zinnen over en plaats hoofdletters:
1. je bent vrij om te geloven in god, boeddha of allah.
2. 's avonds laat het internetgebruik een piek zien.
3. met pinksteren gaan we naar het zuiden van het land.

Slide 8 - Slide

Les 13: Hoofdletters
Neem de zinnen over en plaats hoofdletters:
1. Je bent vrij om te geloven in God, Boeddha of Allah.
2. 's Avonds laat het internetgebruik een piek zien.
3. Met Pinksteren gaan we naar het zuiden van het land.

Slide 9 - Slide

Vragen?
Heb je vragen over het gebruik van hoofdletters?

Slide 10 - Slide

Les 26: Pv tegenwoordige tijd
Noteer de juiste persoonsvormen:
1. Suzie (missen) de trein als ze niet opschiet.
2. Je (raden) nooit wie ik net tegenkwam!
3. Josh (respecteren) de uitspraak van de scheidsrechter.
4. Mijn huid (verbranden) in de felle zon.
5. Oma Visser (breien) voor al haar kleinkinderen een trui.
6. (Vinden) je deze opdrachten ook zo lastig?

Slide 11 - Slide

Les 26: Pv tegenwoordige tijd
Noteer de juiste persoonsvormen:
1. Suzie mist de trein als ze niet opschiet.
2. Je raadt nooit wie ik net tegenkwam!
3. Josh respecteert de uitspraak van de scheidsrechter.
4. Mijn huid verbrandt in de felle zon.
5. Oma Visser breit voor al haar kleinkinderen een trui.
6. Vind je deze opdrachten ook zo lastig?

Slide 12 - Slide

Vragen?
Heb je vragen over de spelling van de persoonsvorm tegenwoordige tijd?

Slide 13 - Slide

Les 27: Pv verleden tijd
Noteer de juiste persoonsvormen:
1.  Sil (worden) ervan verdacht gespiekt te hebben.
2. De ouders (loten) om te bepalen wie moest rijden.
3. Wij (durven) erop te vertrouwen dat het goed kwam.
4. Op vakantie (eten) Mila en Leoni elke dag pizza.
5. Finn (besteden) veel aandacht aan zijn kapsel.
6. De explosie (veroorzaken) veel schade. 

Slide 14 - Slide

Les 27: Pv verleden tijd
Noteer de juiste persoonsvormen:
1.  Sil werd ervan verdacht gespiekt te hebben.
2. De ouders lootten om te bepalen wie moest rijden.
3. Wij durfden erop te vertrouwen dat het goed kwam.
4. Op vakantie aten Mila en Leoni elke dag pizza.
5. Finn besteedde veel aandacht aan zijn kapsel.
6. De explosie veroorzaakte veel schade. 

Slide 15 - Slide

Vragen?
Heb je vragen over de spelling van de persoonsvorm 
verleden tijd?

Slide 16 - Slide