Lezen: 1: onderwerp, hoofdgedachte en tekstsoorten

Leesvaardigheid blok 1
Op Niveau blz. 13
1 / 45
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Leesvaardigheid blok 1
Op Niveau blz. 13

Slide 1 - Slide

Hoe vind je het onderwerp
van een tekst?

Slide 2 - Mind map

Wat is de hoofdgedachte en waar vind je hem (meestal)?

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Video

2

Slide 5 - Video

00:37
Welke schrijfdoelen ken je?

Slide 6 - Mind map

03:34
Let op!
Wat nu gezegd wordt, is zeer belangrijk, dit geldt namelijk voor bijna alle teksten!

Let dus goed op!

Slide 7 - Slide

tekstsoorten

Slide 8 - Slide

informeren
achtergrondartikel, bijsluiter,
column (soms), familiebericht,
folder, gebruiksaanwijzing, handleiding, instructie,
nieuwsbericht, notulen,
rapport, recensie,
recept, studieboek,
uiteenzetting, verslag

Slide 9 - Slide

achtergrondartikel
artikel waar journalist achtergronden via nieuws bespreekt: gaat er dieper op in.

Slide 10 - Slide

bijsluiter
Een bijsluiter is een tekst met een waarschuwend en voorlichtend karakter bij een product of juridische handeling.

Slide 11 - Slide

column
regelmatig stukje proza van schrijver over een actueel onderwerp.

Slide 12 - Slide

familiebericht
Een bericht voor de familie en vrienden bedoeld.
Hij kan in een krant staan.
Een familiebericht is vaak een overlijdensbericht of geboortebericht.

Slide 13 - Slide

notulen
Notulen zijn een verslag van een vergadering.
In de notulen staat alles wat er in de vergadering is gebeurd.
Het is een soort samenvatting van de vergadering.

Slide 14 - Slide

uiteenzetting
Een uiteenzetting is een tekst die de lezer wil informeren.
Een uiteenzetting heeft een inleiding, kern en slot.
Het is altijd een objectieve tekst.

Slide 15 - Slide

opiniëren
beschouwing,
column (soms), discussiestuk,
recensie (soms)

Slide 16 - Slide

beschouwing
Een beschouwing is een tekst waarvan het doel is om de lezer kennis te laten maken met verschillende meningen, zodat de lezer ten slotte zijn eigen mening kan vormen (opiniëren). Hierin verschilt de beschouwing van het betoog, waarvan het doel is de lezer te overtuigen van een standpunt.

Slide 17 - Slide

discussiestuk
Een discussiestuk is een tekst waarover men kan discussiëren.

Slide 18 - Slide

overtuigen
betoog, column (soms),
ingezonden brief,
recensie (soms), redactioneel commentaar

Slide 19 - Slide

ingezonden brief

Een ingezonden brief is een brief die een publicatie mededeelt. Ze worden meestal verstuurd met het doel gepubliceerd te worden. Ze komen meestal samen met kranten en (opinie)-tijdschriften, maar kunnen ook op andere manieren gestuurd worden zoals televisie- en radiostations.
Tegenwoordig worden ingezonden brieven ook via internet gestuurd.

Slide 20 - Slide

redactioneel commentaar

Het redactioneel commentaar is een soort hoofdredactionele mening in de journalistiek.
Het is een tekstvorm met een doorgaans politieke strekking over de actualiteit. in redactioneel commentaar staat de mening van de schrijver of anderen niet centraal, maar een stelling van de hoofdredactie van het onderwerp. Met die opvatting draagt het de maatschappelijke visie uit van de krant, tijdschrift, radio- of televisiezender of omroep.

Slide 21 - Slide

activeren
advertentie, affiche/poster,
betoog (soms), brochure,
column (soms), directe mail,
flyer, recensie (soms),
reclamefolder

Slide 22 - Slide

brochure
Een brochure is een boekje, veelal in gedrukte vorm, van kleine omvang. Een brochure bestaat uit meerdere vellen gevouwen papier, die in de rug bijeengehouden worden met behulp van bijvoorbeeld nietjes. Het aantal pagina's is altijd een veelvoud van vier.

Slide 23 - Slide

flyer
Een folder kun je goed herkennen aan dat het uit één vel papier bestaat, met maar één vouw. Flyers worden gebruikt om meer informatie te geven over een bedrijf, product of dienst . Hier staat alles op één blad dat op een bepaalde manier in elkaar gevouwen kan worden.

Slide 24 - Slide

direct mail
Een direct mail wordt ingezet om een grote groep ontvangers snel en persoonlijk te benaderen. Het doel is om respons te ontvangen, zoals een verkoop, aankoop, donatie of afspraak, maar het kan ook gebruikt worden als branding of voor het verschaffen van meer informatie.

Slide 25 - Slide

affiche
Een affiche is een relatief groot vel bedrukt papier - ter onderscheid groter dan een flyer. Een affiche wordt gemaakt om een boodschap bekend te maken of ter decoratie. De boodschap kan van artistieke waarde zijn, of van commerciële waarde.

Slide 26 - Slide

amuseren
column (soms), gedicht,
mop, roman, strip,
verhaal

Slide 27 - Slide

verhaal
mondeling verslag van een reeks ware of fictieve gebeurtenissen

Slide 28 - Slide

mop
Een mop (ook: grap, bak) is een kort verhaal dat bedoeld is om de toehoorder(s) te laten lachen.

Slide 29 - Slide

Vragen
Welke tekstsoort zie je hier?

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Welke tekstsoort zag je hier?
A
achtergrondartikel
B
column
C
verslag
D
uiteenzetting

Slide 32 - Quiz

Welk tekstdoel hoort hierbij?
A
informeren
B
opiniëren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 33 - Quiz

Slide 34 - Slide

Welke tekstsoort zag je hier?
A
notulen
B
column
C
verslag
D
rapport

Slide 35 - Quiz

Welk tekstdoel hoort hierbij?
A
informeren
B
opiniëren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Slide

Welke tekstsoort zag je hier?
A
mop/grap/bak
B
column
C
redactioneel commentaar
D
strip

Slide 38 - Quiz

Welk tekstdoel hoort hierbij?
A
informeren
B
overtuigen
C
opiniëren
D
amuseren

Slide 39 - Quiz

Slide 40 - Slide

Welke tekstsoort zag je hier?
A
advertentie
B
column
C
handleiding
D
instructie

Slide 41 - Quiz

Welk tekstdoel hoort hierbij?
A
informeren
B
overtuigen
C
opiniëren
D
amuseren

Slide 42 - Quiz

Slide 43 - Slide

Welke tekstsoort zag je hier?
A
recensie
B
column
C
advertentie
D
redactioneel commentaar

Slide 44 - Quiz

Welk tekstdoel hoort hierbij?
A
informeren
B
overtuigen
C
opiniëren
D
amuseren

Slide 45 - Quiz