Les 4: Tekstdoel en -soort

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

Welkom!

Op tafel heb je liggen:

• Nieuw Nederlands
• Etui
• Ipad (dicht op tafel)

Wat gaan we doen vandaag?

• Lesdoelen bespreken
• Terugblik vorige les
• Opdracht met iPad 
• Tijd over? Poster afmaken
• Afsluiten

Lesdoelen

• Ik kan het verschil tussen het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst benoemen
• Ik kan verschillende tekstdoelen en tekstsoorten opnoemen
• Ik kan een tekst indelen in inleiding, middenstuk en slot 

Terugblik vorige les

Wat is ook alweer het verschil tussen het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst?

• Hoe kan ik het onderwerp van een tekst bepalen?
• Waar kan ik de hoofdgedachte van een tekst vinden?

Nieuw Nederlands blz. 29: opdracht 7

Uit hoeveel alinea's is deze tekst opgebouwd?

1. 1
2. 2
3. 3

Tekstopbouw

• Hoe heet het eerste deel van een tekst?
  
• Hoe heet het grootste gedeelte van een tekst?
• Hoe heet het laatste stukje van een tekst?
  

Wat betekent de titel 'Investeren in meisjes loont'?

1. Geld besteden aan meisjes is goed.
2. Geld besteden aan meisjes is oneerlijk.
3. Geld besteden aan meisjes is zinloos.

In alinea 1 staat 'Door te werken aan gelijke kansen voor meisjes verbeteren we dus de kansen voor meerdere generaties!' Wat bedoelt de schrijver met meerdere generaties?

Noteer de omschrijving voor weerbaarheid die in alinea 2 staat.

Noteer drie redenen uit alinea 3 waarom meisjes eerder van school gaan dan jongens.

Wat is de belangrijkste zin (de hoofdgedachte) in deze tekst?

Wat is het doel van deze tekst?

1. informeren, de schrijver wil dat je iets te weten komt
2. instrueren, de schrijver wil je uitleggen wat je moet doen
3. overtuigen, de schrijver wil dat je zijn mening overneemt

Tekstdoel en tekstsoort

Een tekstdoel is het belangrijkste wat de schrijver met de tekst wil bereiken:

• informeren: dat je iets te weten komt

Voorbeeld tekstsoort: nieuwsbericht, schoolboek, verslag

• instrueren: dat je leert hoe je iets moet doen

Voorbeeld tekstsoort: gebruiksaanwijzing, spelregels

• overtuigen: dat je zijn mening overneemt

Voorbeeld tekstsoort: boekbespreking of bespreking van een film

Pak je tekst en poster erbij

• Uit hoeveel alinea's bestaat jouw tekst?
• Wat is de inleiding, het middenstuk en het slot van jouw tekst? 
• Wat is het doel van jouw tekst? Kies uit: informeren, instrueren of overtuigen

• Onder welke tekstsoort valt jouw tekst? (Zie blz. 26 uit boek)

Klaar? Maak jouw poster af --> onderwerp & hoofdgedachte.

Extra

Haal uit elke paragraaf 2 vragen, 

schrijf ze op en lever die bij mij in! 

Lesdoelen

• Ik kan het verschil tussen het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst benoemen
  
• Ik kan verschillende tekstdoelen en tekstsoorten opnoemen
  
• Ik kan een tekst indelen in inleiding, middenstuk en slot 

Fijne Kerstvakantie!

Pak je tas weer in &

blijf zitten tot de bel gaat.