Les 1: Spreken en gesprekken voeren Exam practice

Talking and presenting
Examens
Niveau
Kennen/kunnen
Nu Engels
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 2-4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Talking and presenting
Examens
Niveau
Kennen/kunnen
Nu Engels

Slide 1 - Slide

Instelling examens
  • 2 Instellingsexamens
  • 2 beoordelaars 
  • Per examen twee onderdelen
  • voorbereidingstijd + woordenboek
  • Spreken 2x 3 min
  • Gesprekken voeren 2x kort gesprekje met docent

Slide 2 - Slide

Spreken A2
Ik kan een reeks uitdrukkingen en zinnen gebruiken om in eenvoudige bewoordingen mijn familie en andere mensen, leefomstandigheden, mijn opleiding en mijn huidige of meest recente baan te beschrijven.

Slide 3 - Slide

Gesprekken voeren A2
Ik kan communiceren over eenvoudige en alledaagse taken die een eenvoudige en directe uitwisseling van informatie over vertrouwde onderwerpen en activiteiten betreffen. Ik kan zeer korte sociale gesprekken aan, alhoewel ik gewoonlijk niet voldoende begrijp om het gesprek zelfstandig gaande te houden.

Slide 4 - Slide

Examen spreken
  • Voorbereiden met woordenboek > steekwoorden
  • Jij spreekt twee keer 3 minuten alleen
  • Onderwerpen zoals: Jezelf, je omgeving, je werk/stage, Nederland.

Slide 5 - Slide

Examen gesprekken voeren
  • Voorbereiden met woordenboek > steekwoorden
  • Jij spreekt twee keer 4/5 min met de docent. 
  • Onderwerpen zoals: Jezelf, je omgeving, je werk/stage, Nederland, de weg wijzen, social talk.

Slide 6 - Slide

Waar word je op beoordeeld?
  • Hou je je aan de opdracht, alles genoemd?
  • woordenschat / woordgebruik / grammatica
  • Zijn de zinnen verbonden (and, but, because etc)
  • (GV) Interactie
  • Vloeiendheid / Uitspraak
Niet verstaanbaar/ te veel Nederlandse taal (niet accent) = geen cijfer!

Slide 7 - Slide

Tips spreken/gesprekken voeren
  • Neem jezelf op
  • Mogelijke onderwerpen > verbreed je woordenschat
  • Oefen met grammatica
  • Als je een woord niet weet omschrijf het dan > GEEN NEDERLANDS!
  • Steekwoorden/ vertaling alleen gebruiken in een goed lopende zin

Slide 8 - Slide

Hoe kan je ''de zorg'' omschrijven zonder letterlijk te vertalen?

Slide 9 - Open question

Hoe kan je ''stage'' omschrijven zonder letterlijk te vertalen?

Slide 10 - Open question

Wat is ''stage'' in het Engels.

Slide 11 - Open question

Hoe kan je ''woonplaats'' omschrijven zonder letterlijk te vertalen?

Slide 12 - Open question

Tips gesprekken voeren
  • Vraag om herhaling, dit geeft je meer nadenk tijd.
  • Herhaal een deel van de vraag, zo krijg je een langer antwoord.
  • Beantwoord vragen niet alleen met yes/no.

Slide 13 - Slide

Jezelf voorstellen
  • Hoe heet je?
  • Hoe oud ben je?
  • Waar woon je? Met wie?
  • Wat studeer je?
  • Waar werk je/ loop je stage?

Maak tweetallen, stel jezelf om de beurt kort voor.

Slide 14 - Slide

Nu Engels
- Hoofdstuk 8 t/m 11 gaan over talking and presenting (spreken en gesprekken voeren), je kan hier een paragraaf uit kiezen om uitleg over te krijgen in de les. Je kan de exam exercises van elke paragraaf gebruiken om te oefenen voor het examen. (opnemen en opsturen naar de docent kan helpen)
- Je kunt uitleg vragen over een of meerdere grammatica onderdelen die je nog lastig vindt.

Slide 15 - Slide