This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Afweer
Slide 1 - Slide
Hoe komt het dat je niet snel ziek wordt van elke bacterie of virus?
Slide 2 - Mind map
Leerdoelen
Je kunt beschrijven hoe je immuun wordt voor een ziekte
Je kunt beschrijven hoe je immuun wordt door een inenting
Slide 3 - Slide
Afweer
Ziekteverwekkers kunnen het lichaam niet gemakkelijk binnendringen, maar als dat wel lukt??
Witte bloedcellen kunnen ziekteverwekkers onschadelijk maken.
Slide 4 - Slide
Infectie
Ziekteverwekkers (bacteriën of virussen) dringen door bijvoorbeeld de huid het lichaam binnen --> infectie
Afweersysteem/immuunsysteem wordt actief.
Witte bloedcellen gaan aan het werk:
1: ziekteverwekker opnemen en doden.
Slide 5 - Slide
Lichaamsvreemd
Lichaamsvreemde stoffen horen niet thuis in je lichaam.
Je lichaam kan op 3 manieren lichaamsvreemde stoffen tegenhouden.
Met de huid.
Met de slijmvliezen in de luchtwegen.
Met zoutzuur in maagsap.
Slide 6 - Slide
2. Sommige witte bloedcellen maken antistoffen:
Slide 7 - Slide
antistoffen
Door de antistoffenkan de ziekteverwekker je niet meer ziek maken.
Voor verschillende ziekteverwekkers zijn verschillende antistoffen nodig.
Je lichaam moet dus veel verschillende antistoffen kunnen maken. Je bloed vervoert de antistoffen door het lichaam.
Slide 8 - Slide
Immuun
Als je ziek wordt, maken WBC antilichamen aan tegen de indringer. Na een tijdje wordt je dan ook weer beter.
Wordt je later weer ziek door dezelfde ziekteverwekker, dan maken je WBC direct de goede antistof aan. Je bent nu immuun geworden.
Slide 9 - Slide
Bij eerste infectie wordt je eerst ziek, tot witte bloedcellen genoeg antistoffen hebben gemaakt, dan als er voldoende antistoffen zijn, wordt je weer beter
Slide 10 - Slide
Vaccinatie
= kunstmatige immuniteit
Vaccin = dode of verzwakte ziekteverwekkers
Je voelt je verzwakt of je bent een beetje ziek
Slide 11 - Slide
Rijksvaccinatieprogramma
Slide 12 - Slide
Allergie
Wanneer je lichaam reageert op andere stoffen dan ziekteverwekkers, bijvoorbeeld graspollen, ben je allergisch.
Je afweersysteem reageert hier dan ook op.
Slide 13 - Slide
schooltv.nl
Slide 14 - Link
Een ander woord voor afweersysteem is immuunsysteem:
A
waar
B
niet waar
Slide 15 - Quiz
De huid hoort bij het afweersysteem
A
Goed
B
Fout
Slide 16 - Quiz
Welke bloedcellen zorgen voor het afweersysteem?
A
Rode bloedcellen
B
Witte bloedcellen
C
Bloedplaatjes
D
Geen van deze antwoorden
Slide 17 - Quiz
Hoe kun je immuun worden?
A
Door een vaccinatie
B
Door te sporten
C
Door fruit te eten
D
Door al een keer eerder dezelfde ziekte te hebben gehad