Sensor 2KMH 3.2 Lenzen

3.2 Lenzen
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

3.2 Lenzen

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

Na deze les:

  • kan je uitleggen waar je lenzen voor kan gebruiken
  • Kan je uitleggen wat het brandpunt is en kan je dit ook tekenen
  • Kan je met constructiestralen het beeld van een voorwerp tekenen
  • Kan je uitleggen wanneer het beeld groter/kleiner is dan het voorwerp
  • Kan je verklaren wanneer een foto wel/niet scherp is
  • De vergrotoingsfactor N kennen en kunnen uitrekenen

Slide 2 - Slide

Hoe kan je met een vergrootglas vuur maken?
Geef je antwoord hieronder.

Slide 3 - Open question

Lichtbreking
Lichtbreking gebeurt wanneer een lichtstraal van "medium" (stof) verandert.

Slide 4 - Slide

Bekijk de video van meneer Wietsma

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Een beeld achter de lens

Wanneer lichtstralen door een lens vallen,
ontstaat een beeld achter de lens.


Er ontstaat maar op één plek een scherp beeld!

Hoe je dat tekent zie je in de volgende video.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Stappenplan beeldconstructie
  1. Lichtstraal evenwijdig aan de hoofdas, 
    loopt achter de lens door het brandpunt
  2. Lichtstraal midden door de lens


Slide 9 - Slide

Omgekeerd beeld
Het beeld achter de lens:
  • is omgekeerd, het staat op de kop
  • links en rechts zijn omgedraaid

Slide 10 - Slide

"kleiner" beeld
Wanneer het voorwerp ver weg van  
de lens staat, wordt het beeld verkleind;
een camera, je telefoon

Slide 11 - Slide

"groter" beeld
Wanneer het voorwerp heel dicht bij
de lens staat, wordt het beeld vergroot;
een vergrootglas

Slide 12 - Slide

Scherp beeld
Wanneer het beeld precies op de sensor van een camera valt krijg je een scherp beeld.
Staat het beeld voor of achter de sensor dan is het beeld onscherp, "wazig" 

Slide 13 - Slide

Vergrotingsfactor
De vergrotingsfactor is een getal. 
De factor geeft de verhouding weer tussen
het beeld en het voorwerp.
Formule:
Vergotingsfactor (N) = beeld (B) : voorwerp (V) 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

EXTRA: soorten lenzen (MH)
Er zijn 2 soorten lenzen:

Slide 16 - Slide

Bolle lens
  • "positieve" lens
  • dun aan de randen
  • dik in het midden
  • convergerend
     (lichtstralen naar elkaar toe)

Slide 17 - Slide

Holle lens
  • "negatieve" lens
  • dik aan de randen
  • dun in het midden
  • divergerend
     (lichtstralen buigen van elkaar af)

Slide 18 - Slide

Lees in je handboek
  paragraaf 3.2 - Lenzen 
    blz. 79 t/m 85
+ Extra, soorten lenzen blz 85/86

Slide 19 - Slide

waar heb je nog een vraag over?

Slide 20 - Open question