2 VWO Thema 5 BS5 De evolutietheorie

Welkom
1. Huiswerkcontrole Thema 5 BS3 & BS4
2. Herhaling Thema 5 BS1 t/m BS4
3. Practicum
4. Probleemstelling BS5 De evolutietheorie
5. Besluit
6. Zelfstandig werken
7. Evaluatie
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
1. Huiswerkcontrole Thema 5 BS3 & BS4
2. Herhaling Thema 5 BS1 t/m BS4
3. Practicum
4. Probleemstelling BS5 De evolutietheorie
5. Besluit
6. Zelfstandig werken
7. Evaluatie

Slide 1 - Slide

Wat is de juiste volgorde van groot naar klein
A
cel-celkern-DNA-chromosoom-gen
B
cel-celkern-chromosoom-gen-DNA
C
cel-celkern-chromosoom-DNA-gen
D
cel-celkern-DNA-gen-chromosoom

Slide 2 - Quiz

Heeft een vlo hetzelfde fenotype als de pop waaruit hij is ontstaan? En hetzelfde genotype?
A
alleen hetzelfde fenotype
B
alleen hetzelfde genotype
C
hetzelfde fenotype en genotype
D
verschillende genotype en fenotype

Slide 3 - Quiz

Mathilde laat een permanentje zetten bij de kapper. Verandert hierdoor haar genotype en haar fenotype?
A
genotype wel fenotype niet
B
genotype niet fenotype wel
C
genotype niet fenotype niet
D
genotype wel fenotype wel

Slide 4 - Quiz

Fenotype is...(1)... en genotype is..(2)....
A
1. verschijningsvormen 2. de genen
B
1. de genen 2. verschijningsvormen

Slide 5 - Quiz

Welke uitspraak over genotype en fenotype klopt het best?
A
Het fenotype komt voort uit het genotype.
B
Het genotype komt voort uit het fenotype.
C
Het fenotype komt voort uit het genotype en milieuinvloeden.

Slide 6 - Quiz

Waar in de cel bevinden zich de chromosomen?
A
In het cytoplasma.
B
In de celkern.
C
In het DNA.

Slide 7 - Quiz

Het genotype van een organisme komt tot stand op het moment van de bevruchting.
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

Een jongen (XY) zegt dat hij het X chromosoom van zijn moeder (XX) heeft en de Y van zijn vader (XY). Klopt dat?
A
Ja, de vader bepaald het geslacht
B
Nee, het kan van allebei zijn. De vader heeft ook een X chromosoom.

Slide 9 - Quiz

Ontstaat het fenotype alleen door het genotype ?
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quiz

Dit zijn de
chromosomen
van een meisje
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

Practicum
Hoe vindt de natuurlijke selectie binnen een groep organismen plaats?

Klaar? 
* lezen blz. 134 t/m 137
* maken opdracht 1 t/m 8
timer
15:00

Slide 12 - Slide

Probleemstelling
Waar komt biodiversiteit vandaan?

Slide 13 - Slide

Feit of fabel:
De mens stamt af van de mensaap
A
Feit
B
Fabel

Slide 14 - Quiz

Feit of fabel:
De mens stamt af van de neanderthalers
A
Feit
B
Fabel

Slide 15 - Quiz

Feit of fabel:
Zonder verschillende allelen was evolutie niet mogelijk
A
Feit
B
Fabel

Slide 16 - Quiz

Feit of fabel:
Slangen hebben dijbenen
A
Feit
B
Fabel

Slide 17 - Quiz

Feit of fabel:
De mens is klaar met evolueren
A
Feit
B
Fabel

Slide 18 - Quiz

Feit of fabel:
De mens heeft onbruikbare organen
A
Feit
B
Fabel

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Video

Evolutie
  • Hoe heet de grondlegger van de evolutietheorie?
  • Wat wordt er beschreven in de evolutietheorie?


Slide 21 - Slide

Evolutie
  • Hoe kunnen verschillen in genotypen ontstaan?
  • Welke gevolgen heeft dit?
  • Wat wordt er bedoeld met survival of the fittest?


Slide 22 - Slide

Evolutie
  • Hoe kunnen verschillen in genotypen ontstaan?
  • Welke gevolgen heeft dit?
  • Wat wordt er bedoeld met survival of the fittest?
  • Welke muizen in de afbeelding overleven?
  • Beste aangepast = natuurlijke selectie


Slide 23 - Slide

Evolutie
  • Hoe kunnen nieuwe soorten nog meer ontstaan?
  • Spontane (erfelijke) mutaties
  • Geïsoleerd/ gescheiden leven


Slide 24 - Slide

Ontstaan van nieuwe soorten

Slide 25 - Slide

Besluit
Waar komt biodiversiteit vandaan?

Slide 26 - Slide

Aan de slag
Lezen blz. 134 t/m 137
Maken opdracht 1 t/m 8
Klaar --> Extra opdrachten maken & test jezelf online methode

Links: zelfstandig
Midden: extra instructie
Rechts: docent ondersteunt 


Slide 27 - Slide

Quiz

Slide 28 - Slide

Door evolutie
A
Past een populatie zich op de lange termijn aan op het milieu
B
Kan een individu zich direct aanpassen aan het milieu

Slide 29 - Quiz

Wat heb je niet nodig voor evolutie?
A
verandering van het milieu
B
natuurlijke selectie
C
al deze antwoorden zijn nodig voor evolutie
D
genetische variatie

Slide 30 - Quiz

Waar staat 'fitness' voor bij evolutie?
A
hoe goed je kan overleven
B
hoe fit je bent
C
hoeveel nakomelingen je maakt
D
hoe sterk je bent

Slide 31 - Quiz

Vooruitblik
  • Huiswerk basisstof 5

Volgende les:
  • Hoe hebben biologen ontdekt dat er
    verschillende organismen hebben
    geleefd op de aarde?

Slide 32 - Slide