12.4 - Kou en hitte

Vorige les
12.3 - Vervoer
1 / 35
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Vorige les
12.3 - Vervoer

Slide 1 - Slide

Wat is Fotosynthese?
A
Fotosynthese is het proces waarmee een plant voedsel en zuurstof maakt.
B
Bij Fotosynthese word koolstofdioxide omgezet in planten
C
Fotosynthese is het proces waar glucose in zuurstof en water veranderd
D
Fotosynthese is het proces waarbij planten glucose bakken

Slide 2 - Quiz

Fotosynthese is..
A
Water + koolstofdioxide + licht -> glucose + zuurstof
B
Glucose + zuurstof -> koolstofdioxide + water + warmte

Slide 3 - Quiz

Welke twee stoffen krijg je door fotosynthese?
fotosynthese:
koolstofdioxide + water + licht => glucose + zuurstof

Mineralen zijn nodig om van glucose eiwitten en vetten te maken, maar dat is geen fotosynthese
A
zuurstof en glucose
B
Zuurstof en koolstofdioxide
C
water en zuurstof
D
koolstofdioxide en glucose

Slide 4 - Quiz

wat is er nodig voor verbranding? wat ontstaat er bij verbranding

Slide 5 - Open question

Waar of niet waar?
Bloed van insecten bevat voedingsstoffen en zuurstof
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Insecten hebben een...
A
Open bloedsomloop
B
Gesloten enkele bloedsomloop
C
Gesloten dubbele bloedsomloop
D
Geen bloedsomloop

Slide 7 - Quiz

Vissen hebben een...
A
Open bloedsomloop
B
Gesloten enkele bloedsomloop
C
Gesloten dubbele bloedsomloop
D
Geen bloedsomloop

Slide 8 - Quiz

Welke vaten vervoeren water?
A
Houtvaten
B
Bastvaten

Slide 9 - Quiz

Wat is juist?
A
B
C
A
A: Houtvaten B: Bastvaten
B
A: Bastvaten C: Houtvaten
C
A: Houtvaten C: Bastvaten
D
A: Bastvaten B: Houtvaten

Slide 10 - Quiz

Thema 12 - Dieren en planten
12.1 - Eten
12.2 - Ademhalen
12.3 - Vervoer
12.4 - Kou en hitte
12.5 - Samenhang - Op expeditie in de tropen

Slide 11 - Slide

12.4 - Kou en hitte

Slide 12 - Slide

Doelen van deze paragraaf
Ik kan uitleggen op welke manieren dieren koel kunnen blijven
Ik kan uitleggen of welke manieren dieren warm kunnen blijven
Ik kan uitleggen waarom verwante dieren er verschillend uit kunnen zien vanwege hun leefomgeving
Ik weet hoe planten zich aanpassen aan droogte en aan kou

Slide 13 - Slide

Hoe blijf je koel?

Zomervacht
Warmte via bloed
Luchtstroom
Zweten
Groter oppervlak

Slide 14 - Slide

Warmbloedige dieren
Aanpassingen aan de hitte

- luchtstroom

- hijgen

- koelere omgeving


Slide 15 - Slide

Hoe blijf je warm?

Isoleren (wintervacht of vetlaag)
Klein oppervlak
Kou vermijden (winterslaap/winterrust)

Slide 16 - Slide

  • Warmte opwekken door te bewegen (verbranding)
  • Isolatie – vacht/veren = vermindert stroming
  • Isolatie – vetlaag =  vermindert straling, stroming en geleiding
  • Winterslaap / winterrust
  • Weinig oppervlakte (uitsteeksels)
  • Groot volume (inhoud/gewicht)



Aanpassing dieren - poolklimaat

Slide 17 - Slide

Winterslaap
Winterrust

Slide 18 - Slide

Aangepaste vossen

Slide 19 - Slide

Welke verschillen zie je tussen de poolvos en de woestijnvos?

Slide 20 - Open question

Waarom heeft een poolvos een dikke vacht dan de woestijnvos?

Slide 21 - Open question

Waarvoor heeft een woestijnvos grotere oren dan een poolvos?

Slide 22 - Open question

Waarom zijn vossen zo verschillend?

Slide 23 - Slide

Waarom zijn vossen zo verschillend?

Slide 24 - Slide

Waarom zijn vossen zo verschillend?

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Planten passen zich aan - Woestijn
Opnemen water: 
Lange wortels voor diep liggend grondwater; breed vertakt oppervlakkig voor opvangen regenwater
Verdamping voorkomen:


Slide 27 - Slide

Planten passen zich aan - Woestijn
Opnemen water: 
Lange wortels voor diep liggend grondwater; breed vertakt oppervlakkig voor opvangen regenwater
Verdamping voorkomen:
- Kleine bladeren/stekels: klein oppervlak
- Vetlaag: houdt water tegen
- Haren/stekels op bladeren: isolatie

Slide 28 - Slide

Planten passen zich aan - Pool
Wortels:
Ondiep door harde bodem
Voorkomen waterverlies:
- Kleine bladeren
- Vetlaag
- Lage planten - weinig verdamping door wind
- Donshaartjes op bladeren - isolatie

Slide 29 - Slide

Een woestijnvos raakt zijn warmte kwijt door:
A
Hijgen
B
grote oren
C
zweten
D
grote voetzolen

Slide 30 - Quiz

Bij warm weer hijgen honden veel. Honden hebben namelijk geen zweetklieren. Door te hijgen bereiken ze hetzelfde als met zweetklieren.

Waardoor is het voor honden nuttig om bij warm weer veel te hijgen?

A
Daardoor geven honden extra veel koolstofdioxide af.
B
Daardoor krijgen honden meer energie.
C
Daardoor nemen honden extra zuurstof op.
D
Daardoor verdampen honden meer vocht via hun bek.

Slide 31 - Quiz

Wat is geen aanpassing aan een warme omgeving?
A
Lange poten
B
Grote oren
C
Dunne vacht
D
Kleine oren

Slide 32 - Quiz

Wat is het verschil tussen winterrust en winterslaap?

Slide 33 - Open question

Wat is niet waar over de winterslaap van de egel?
A
De lichaamstemperatuur stijgt.
B
De activiteit blijft hetzelfde
C
Het lichaamsgewicht neemt af.
D
De ademhaling en de hartslag dalen

Slide 34 - Quiz

Aan het werk
Maken: 
opdracht 3 tot en met 22
Klaar? 
-  23t/m25 maken
- Samenvatting/Mindmap maken

Slide 35 - Slide