Herhaling

Herhaling
1 / 19
next
Slide 1: Slide
EconomieBasisschoolGroep 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Herhaling

Slide 1 - Slide

Sleep de afbeelding om aan te geven of we het product/dienst hoofdzakelijk importeren of exporten.
IMPORT
EXPORT

Slide 2 - Drag question

Het saldo op de betalingsbalans is € ...
Nederland heeft een ......   saldo op de betalingsbalans.
€ 55 mrd
€ 1025 mrd
Overschot
Tekort

Slide 3 - Drag question

Vul de juiste woorden in.


 Door de toenemende vrije wereldhandel is er sprake van                                  . Het gevolg hiervan is dat de productie wordt verplaats naar landen die beter en ......................... produceren. Je noemt dat                               
arbeidsverderling. In ons land verdwijnt daardoor vooral                                   arbeid.                
globalisering
internationale
laaggeschoolde
goedkoper

Slide 4 - Drag question

Europese Unie
Buiten de Europese Unie
Groot Brittannië
Nederland
paspoort
geen wisselkoers
vrij verkeer van personen
eurozone
Wisselkoers
euro

Slide 5 - Drag question

Welk woord past 'binnen' of 'buiten' de EU?
Binnen de EU
Buiten de EU
Vrijhandel
Protectie

Slide 6 - Drag question

Protectie maatregelen
Importbeperkende 
maatregelenen

Exportbevorderende 
maatregel
Contigentering
exportsubsidie
invoerrechten
Importquota

Slide 7 - Drag question

De Europese Monetaire Unie bevordert de onderlinge handel met economische groei als gevolg. Zet onderstaande stappen in de juiste volgorde.
2
3
1
de handel binnen de eurozone groeit
de verschillende munteenheden verdwijnen
binnen de eurozone wordt exporteren eenvoudiger

Slide 8 - Drag question

Zijn de volgende beweringen over de euro juist of onjuist?

 1. Alle landen van de Europese Unie hebben de euro als munteenheid.
 2. Door de euro kun je de prijs van Spaanse producten makkelijker vergelijken met producten uit Nederland.
 3. De euro maakt de handel met andere landen van de eurozone duurder.

1.
2.
3.
Juist
Onjuist
Juist
Onjuist
Juist
Onjuist

Slide 9 - Drag question

Europese Unie
Export
Import
Europese Centrale Bank
Internationale handel
Importwaarde. Het bedrag dat we in totaal betalen voor de import van goederen en diensten
De centrale bank van de landen met de euro.
Invoer. Het kopen van goederen en diensten uit het buitenland.
Invoerwaarde
In- en uitvoer. Handel tussen twee of meer landen
Groep Europese landen die vooral op economisch gebied samen werken
UItvoer. Het verkopen van goederen of diensten aan het buitenland.

Slide 10 - Drag question

Nederland heeft een open economie.

Wanneer heeft een land een open economie?
A
Als er in een land in verhouding veel import en veel export is.
B
Als er in een land in verhouding weinig import en weinig export is.

Slide 11 - Quiz

Wat betekent het als een land een ‘gesloten economie’ heeft?
A
Dat het land een hoog overschot heeft op de betalingsbalans.
B
Dat het land naar verhouding weinig in- en uitvoert ten opzichte van het nationaal inkomen.
C
Dat het land in verhouding veel export en weinig import heeft.
D
Dat het land een groot deel van het nationaal inkomen verdient met export of besteedt aan import.

Slide 12 - Quiz

Wat is het voordeel van een gesloten economie?
A
Je bent zelfvoorzienend
B
Je bent niet afhankelijk van andere landen
C
Je bent afhankelijk van andere landen
D
Je maakt winst met je handel

Slide 13 - Quiz

Kenmerk ontwikkelingsland
Geen kenmerk ontwikkelingsland
Grote werkloosheid
Analfabetisme
Goede wegen en havens
Weinig zelfvoorziening
Corrupte regering

Slide 14 - Drag question

Land             Nationaal             Aantal              Inkomen
                       Inkomen            Inwoners         per hoofd
Australië      €  1.149 mld              22.751.014
Amerika      € 16.852 mld         321.368.864  
Zimbabwe  € 27,5 mld              13.566.848  
China           € 19.397,7 mld  1.367.000.000
€ 50.503
€ 52.438       
€ 2.027
€ 14.190

Slide 15 - Drag question

Noodhulp?
structurele hulp?

Slide 16 - Drag question

Maak de vicieuze cirkel kloppend. Sleep de teksten op de juiste plek in de cirkel.
geen geld om te investeren
lage productie
armoede
lage opbrengst
eenvoudige productie-methodes

Slide 17 - Drag question

fairtrade
geen fairtrade

Slide 18 - Drag question

Succes met leren!

Slide 19 - Slide