Je school in Nederland is anders dan je oude school in jouw geboorteland. Maak hieronder een vergelijking tussen je oude school en de school waar je nu op zit. (let op: als je niet veel meer weet over je oude school, denk dan terug aan de vorige klas waarin je zat of je vorige school in Nederland)
Denk eerst goed na over je oude school op:
- Waar is die school?
- Wat voor soort school is het?
Schrijf daarna minimaal vier vergelijkingen op. Je schrijft dus eerst iets over je oude school en dan schrijf je over de Schakel.
Bijvoorbeeld: De Schakel is een kleinere school dan mijn oude school. Mijn oude school was heel groot. Daar waren wel 15 klassen. Op de Schakel hebben we 4 klassen.
Let op! Denk aan hoe je de woorden schrijft, leestekens, hoofdletters en heel belangrijk: gebruik GEEN Google translate! Volgende week in de toets mag dit ook niet....