Woensdag 21 september 2022

Woensdag  21 september 2022
08.30 - 09.10 uur 
Teken het het huis, luister naar de omschrijving van de docent
12.00-14.00
Programma Los Zand bij de Helderse Vallei
09.10 - 10.10 uur Woordenschat
Nieuwe woorden thema "wonen"
10.10 - 10.30 uur Pauze
10.30  - 11.00 uur  
Disk- zelfstandig werken in je thema
11.00-11.20 uur
Even een korte lunch pauze

11.20-11.55
Lopen naar de Helderse Vallei
1 / 25
next
Slide 1: Slide
ANT2+Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Woensdag  21 september 2022
08.30 - 09.10 uur 
Teken het het huis, luister naar de omschrijving van de docent
12.00-14.00
Programma Los Zand bij de Helderse Vallei
09.10 - 10.10 uur Woordenschat
Nieuwe woorden thema "wonen"
10.10 - 10.30 uur Pauze
10.30  - 11.00 uur  
Disk- zelfstandig werken in je thema
11.00-11.20 uur
Even een korte lunch pauze

11.20-11.55
Lopen naar de Helderse Vallei

Slide 1 - Slide

Begrijpend lezen
  • We tekenen een een huis, met behulp van de tekst die je gehoord hebt.
  • Als je de goed hebt geluisterd naar de tekst, dan zitten de ramen en deur op de goede plek.

Slide 2 - Slide

Woordenschat
Vandaag vijf (nieuwe) woorden bij het thema Wonen.

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

Slide 3 - Slide

het blok
  • Een voorwerp met een vierkante vorm. 
  • Een kubus heeft de vorm van een blok.
  • Zin: Een vierkant huis lijkt op een blok.

Slide 4 - Slide

druk
  • Iemand die het druk heeft, heeft veel werk te doen. 
  • Als je veel suiker eet, wordt je heel erg druk.
  • Zin: Mijn vader heeft het op zijn werk erg druk, hij komt laat thuis.
  • Zin: Er zijn heel veel mensen om mij heen, ik vindt het veel te druk

Slide 5 - Slide

grijs
  • Een kleur tussen zwart en wit. 
  • Zin: De lucht is erg grijs, er komt vast regen.
  • Zin: De kleur van het haar van mijn oma is grijs.

Slide 6 - Slide

het hout
  • Het materiaal waaruit bomen bestaan.
  • Zin: Het tuinhuis in onze tuin is gemaakt van hout.
  • Zin: Mijn zusje speelt met blokken van hout.
  • Zin: Zijn Hollandse klompen zijn van hout.

Slide 7 - Slide

ideaal
  • Heel goed, precies goed. 
  • Zin: Haar ideaal is trouwen en drie kinderen krijgen.
  • Zin: Het zou ideaal zijn als alle leerlingen aan het eind van het jaar uitstromen.

Slide 8 - Slide

Maak de zin af:
De lucht ziet ..............., het gaat zeker regenen.

Slide 9 - Open question

In welke zin wordt het woord
druk
goed gebruikt?
A
hij heeft niets te doen
B
hij moet heel lang iets doen
C
hij heeft heel veel te doen
D
hij moet heel kort iets doen

Slide 10 - Quiz

Op de foto zie je een houten blok?
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quiz

Wat is de betekenis van ideaal?
A
niet goed
B
altijd goed
C
een beetje goed
D
precies goed

Slide 12 - Quiz

Zoek een foto van een houten voorwerp

Slide 13 - Open question

Opdracht: welk woord hoort in de zin?
Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Slide 14 - Slide

De tafel en stoelen zijn van ............

Slide 15 - Open question

Dit ............ is rechthoekig, niet vierkant.

Slide 16 - Open question

Hij is de ................. man voor haar, ze gaan trouwen.

Slide 17 - Open question

Mijn opa en oma hebben ............. haar.

Slide 18 - Open question

In de winkel is het altijd ................., je moet heel lang wachten voordat je aan de beurt bent.

Slide 19 - Open question

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.

De woorden: het blok, druk, grijs, het hout en ideaal

Slide 20 - Slide

het blok
  • Een voorwerp met een vierkante vorm. 
  • Een kubus heeft de vorm van een blok.
  • Zin: Een vierkant huis lijkt op een blok.

Slide 21 - Slide

Pauze
    Pauze 
timer
20:00

Slide 22 - Slide

Disk
Werken aan bronnen en bouwstenen Disk thema Wonen

Wil je een andere kleur of een toets maken? Vraag het je docent!

Slide 23 - Slide

Pauze
    Pauze 
timer
20:00

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide