This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 70 min
Items in this lesson
Planning:
practica 2 +3 afronden
leerdoelen afronden 1.3
nieuwe leerdoelen + uitleg 1.4
opdrachten opgeven 1.4
uitdelen thuispracticum
aan de slag met opdrachten
Slide 1 - Slide
Open je papieren boek op b.z. 72
Je gaat zelf controleren of je de practica goed hebt uitgevoerd.
Slide 2 - Slide
bovenaan blz. 76;
bruine boon(droog)
Controleer:
getekend met potlood?
ingekleurd met potlood?
titel erbij?
onderdelen benoemd?
Slide 3 - Slide
onderaan blz. 76;
bruine boon
(zonder zaadhuid)
Controleer:
getekend met potlood?
ingekleurd met potlood?
titel erbij?
onderdelen benoemd?
------------------worteltje
Slide 4 - Slide
bovenaan blz. 76;
zaadlob met kiem
Controleer:
getekend met potlood?
ingekleurd met potlood?
titel erbij?
onderdelen benoemd?
Slide 5 - Slide
afronden Leerdoelen 1.3
Je kunt omschrijven wat metamorfose is.
Je kunt de levenscyclus van een koolwitje en van een kikker beschrijven.
log in op deze lessonup
(leerlingen vertonen uitzetten)
Slide 6 - Slide
Wat is metamorfose?
A
Het verschijnsel dat jonge dieren een geheel andere lichaamsbouw en levenswijze hebben dan volwassen dieren.
B
Het verschijnsel dat jonge dieren en volwassen dieren steeds groter en zwaarder worden.
C
Het verschijnsel dat er tijdens de groei steeds meer nieuwe organen bijkomen.
D
Het verschijnsel dat bestaande organen hun functie steeds beter gaan vervullen.
Slide 7 - Quiz
Levenscyclus van een koolwitje
1
2
3
4
Pop
Ei
Larve
Imago
Slide 8 - Drag question
Hoe verloopt de ontwikkeling van een jong kikkervisje tot een volwassen kikker? Zet de veranderingen in de juiste volgorde.
De kieuwen verdwijnen en er ontstaan longen.
De staart is verdwenen.
Er ontstaan achterpoten.
Er ontstaan voorpoten.
Uitwendige kieuwen veranderen in inwendige kieuwen.
Slide 9 - Drag question
Een kikkervisje ademt met uitwendige en daarna inwendige kieuwen.Een kikker ademt met longen. Zowel een kikkervisje als een kikker kunnen met nog een ander orgaan zuurstof opnemen. Welk orgaan is dit?
Slide 10 - Open question
sluit nu je lessonup af
EN
chromebook dicht op tafel
Slide 11 - Slide
Leerdoelen 1.4
Je kunt verschillende typen ontwikkeling bij de mens beschrijven.
Je kunt de levensfasen van de mens noemen met de leeftijden en kenmerken.
Slide 12 - Slide
Ontwikkeling
* lichamelijke
* geestelijke
* motorische
Slide 13 - Slide
LICHAMELIJKE ONTWIKKELING
= Veranderingen in de bouw van je lichaam.
(=je lichaam ontwikkeld zich)
Slide 14 - Slide
Lichamelijke ontwikkeling;
je ziet hoe het lichaam van een meisje groeit en zich ontwikkelt tot het lichaam van een volwassen vrouw.
Slide 15 - Slide
Geestelijke ontwikkeling;
wat zeggen de plaatsen hierover??
Slide 16 - Slide
Geestelijke ontwikkeling
Dan verandert:
Verstand
Gevoelsleven
persoonlijkheid
Slide 17 - Slide
Motorische ontwikkeling
Slide 18 - Slide
Motorische ontwikkeling;
Dat betekent dat je bepaalde bewegingen leert.
Slide 19 - Slide
Motorische ontwikkeling
Bijvoorbeeld; Een baby leert lopen, ook al vast hij/zij heel vaak.
Slide 20 - Slide
Levensfasen van de mens
Slide 21 - Slide
Levensfasen mens
65
65
Slide 22 - Slide
Baby
0 tot 1 jaar.
Een baby is afhankelijk van andere mensen.
Tot 1 jaar groeit een baby erg hard , zo´n periode van snelle groei heet groeispurt.
Slide 23 - Slide
Peuter
1,5-4 jaar.
leren praten
leren bewegen (lopen/torentje bouwen)
Slide 24 - Slide
4 tot 6 jaar.
leren spelletjes doen
beeldscherm gebruiken
leren fietsen
leren tekenen
leren met andere kinderen spelen
Kleuter
Slide 25 - Slide
Schoolkind
6 tot 12 jaar oud.
Leert lezen.
Leert schrijven.
Leert rekenen.
Slide 26 - Slide
Puber (12 tot 16 jaar)
Ergens in de puberteit heb je een groeispurt.
Bij meisjes begint deze 2de groeispurt gemiddeld eerder dan bij jongens.
Sterke lichamelijke ontwikkeling: de voortplantings- organen beginnen te functioneren.
Sterke geestelijke ontwikkeling; je gevoelens veranderen en je humeur kan nogal wisselen.
Je gaat nadenken over jezelf, de wereld, je contacten met anderen.
je wordt misschien voor het eerst verliefd.
Slide 27 - Slide
Adolescent
16-21 jaar.
Leren zelfstandig te zijn/worden.
Slide 28 - Slide
Volwassen (21- 65)
Slide 29 - Slide
Volwassene
Volwassene
(21-tot ongeveer 65 jaar)
geheel zelfstandig
verder leren/werken/gezin stichten.
Slide 30 - Slide
Oudere/ Bejaarde
Vanaf 65 jaar.
Veel ouderen krijgen last van lichamelijke problemen.
Op latere leeftijd hebben ze vaak hulp nodig.
Slide 31 - Slide
LET WEL OP...
Verschillende levensfasen duren niet bij ieder mens even lang en gaan niet even snel!
De genoemde leeftijden zijn dan ook gemiddelde leeftijden.
Slide 32 - Slide
Ga online aan de slag met het maken van
Thema 1
van basisstof 1.4
opdrachten 1 t/m 5 + 7 + 8
Wat niet af is in de les,
is automatisch huiswerk voor de volgende les!
uitdelen zakjes uit koelkast =
practicum-opdracht die je thuis moet gaan uitvoeren als HW.