De Romantiek in de Franse literatuur

De Romantiek in de Franse literatuur
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De Romantiek in de Franse literatuur

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de belangrijkste kenmerken van de Franse romantiek benoemen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over de Franse romantiek?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is romantiek?
Romantiek is een kunststroming die in de 19e eeuw populair was. Het draait om emoties, verbeelding en individuele expressie.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Kenmerken van de Franse romantiek
1. Emotie en gevoeligheid
2. Natuur en verbeelding
3. Weelderige taal en beeldspraak

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Belangrijke Franse romantische schrijvers
1. Victor Hugo
2. Alexandre Dumas
3. François-René de Chateaubriand

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Victor Hugo
Victor Hugo was een invloedrijke Franse schrijver. Zijn bekendste werk is 'Les Misérables'.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Alexandre Dumas
Alexandre Dumas was een populaire Franse schrijver. Hij schreef onder andere 'De Drie Musketiers' en 'De Graaf van Monte Cristo'.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

François-René de Chateaubriand
François-René de Chateaubriand was een invloedrijke Franse schrijver en politicus. Hij wordt beschouwd als een pionier van de Franse romantiek.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Opdracht: Analyseer een romantisch gedicht
Kies een Frans romantisch gedicht en analyseer de belangrijkste kenmerken, zoals emotie, natuur en taalgebruik.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.