Les 1, vaste en variabele kosten bij een evenement

Begrotingen: Tradities en gewoonte. Voor alles een begroting
1 / 28
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Begrotingen: Tradities en gewoonte. Voor alles een begroting

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

Na deze les  weet je
  • Dat je voor iedere grotere uitgave beter een Begroting (kostenoverzicht) kan maken 
  • Dat bij iedere grotere uitgave een planning hoort en zelfs soms onvoorziene kosten.
  • Dat je bij grotere activiteiten ook vaste- en variabele kosten begroot  



Slide 2 - Slide

Er zijn veel tradities en gewoonten. Wat vier je eigenlijk op Koningsdag?
A
Koning Willem Alexander is jarig op 27 april
B
De verjaardag van Wilhelmina
C
De oprichting van het Huis van Oranje
D
De verjaardag van voormalige Koningin Beatrix

Slide 3 - Quiz

Waarom zou het belangrijk kunnen zijn om te weten wat je viert? Wat zou jij eraan doen om personeel en omgeving op de hoogte te brengen van bijvoorbeeld een feestelijke moment tijdens de bouw?

Slide 4 - Open question

Hoe zorg jij ervoor dat er een balans is in je inkomsten en uitgaven tijdens koningsdag? Wat zijn de ervaringscijfers (vorig jaar)
Om geld uit te kunnen geven moeten daar tegenover ook inkomsten staan

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Durf je het aan om een spel te spelen met voorbij lopend publiek of speel je het met bekende zonder geld. Zelf eten en drinken meenemen is kostenbesparend.
Je legt een sinaasappel in een bak water en doet wat zeep in het water en over de sinaasappel. Nu komt het:  bezoekers van de vrijmarkt mogen 50 cent op de sinaasappel leggen, blijft het muntje een minuut liggen dat verdient de bezoeker 2 euro valt het muntstuk eraf dan is het muntje voor jou.
Probeer dit eerst uit (hoeveel water en zeep etc) voordat je het uitzet zodat je zeker weet dat het muntstukje er "meestal" af zou vallen.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Bedenk van te voeren wat de uitgaven zouden zijn. Wat doe je als jou limiet bereikt is?
Geld verdienen door het spelen van een spelletje? Energizer
Levend boter kaas en eieren: Voor dit spel heb je aardig wat ruimte nodig, kijk dus als je deze als koningsdag-act gaat uitvoeren of je deze ruimte hebt.
Je zet met gekleurde linten of op een andere manier het boter kaas en eierenveld af. Het spel speel je net als op papier.
Je hebt 2 teams per spel (Team rondjes en team kruisjes) 9 vakjes dus je hebt ook negen deelnemers nodig per spel. maximaal 5 kruisjes of rondjes. Het team wat het eerste drie op een rij heeft is de winnaar. Let op je mag niet met elkaar praten je mag ook geen aanwijzingen geven aan elkaar. 

Slide 9 - Slide

De Koningsspelen is een jaarlijkse sportdag voor kinderen in Nederland. Het evenement beoogt kinderen aan te zetten een gezonde leefstijl na te streven.
Wanneer vinden traditiegetrouw de koningsspelen plaats?
A
De laatste woensdag voor koningsdag
B
Er is geen specifieke dag zolang deze maar na koningsdag is
C
De scholen en organisatie kiezen zelf een tijdstip uit
D
De laatste vrijdag voor koningsdag

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Link

wat is dit voor gewoonte?
Hoeveel afval wordt er in een gemiddelde grote stad aan afval opgeruimd na koningsdag?
bericht van 2018. Er werd toen  600 tot 700 ton afval  opgehaald in Amsterdam. Dit wordt in 1 nacht door 700 schoonmakers opgeruimd

Slide 12 - Slide

Een politieke partij in de gemeenteraad van Maastricht wil op korte termijn duidelijkheid over wat de viering van Koningsdag de gemeente gaat kosten.
De Koninklijke familie viert dit jaar Koningsdag op maandag 27 april in Maastricht. Een politieke partij vindt dat een mooie gelegenheid voor stad en regio om zich te presenteren. Maar de partij stelt dat het wel dat het de hoogste tijd is om te weten hoeveel geld met Koningsdag is gemoeid. 
 

De verwachte kosten voor het vieren van koningsdag in Groningen waren in 2018  bijna 1,3 miljoen euro. In 2017 waar koningsdag in Tilburg gevierd werd waren deze kosten ook  ruim 1,3 miljoen euro. 


Slide 13 - Slide

Voor alle werkzaamheden in de bouw maar dus ook voor evenementen geldt dat de kosten hiervoor begroot moeten worden.
Kosten: Meet en onmeetbare kosten:
  • Het beveiligen van de koninklijke familie
  • Het opzetten van podia en tenten.
  • Extra inzet van politie, handhavers, ambulance etc
  • Extra inzet van opruimdiensten
  • Investeringen worden deze terug verdient?
  • Niet meetbare kosten: Naamsbekendheid van een stad bedrijf etc
  • Veel energie van vrijwilligers, bedankjes etc
  • Opruimen troep. Vandalisme
Opbrengsten: Meet en onmeetbare inkomsten
  • Reclame/ sponsor inkomsten deze zullen niet altijd inzichtelijk zijn en kunnen hierdoor tegenvallen.
  • Extra tv en radiobelangstelling voor de stad waar het evenement wordt gehouden (reclame naamsbekendheid).
  • Extra bezoekers voor de stad. Uit onderzoek van het economisch bureau van ING blijkt dat één op de drie Nederlanders gemiddeld genomen €27 per persoon extra uitgeeft tijdens Koningsdag. 
  • Gemiddeld levert het meer bezoekers op als de koning de stad bezoekt.

Slide 14 - Slide

Bij zowel een bouwproject als evenement kun je voor en tegenstanders hebben. Wat kun je het beste doen om tegenstanders voor je te winnen?

Slide 15 - Open question

Steeds meer gemeenten verlangen bij nieuwe ontwikkelingen een participatieproces
In feite komt het organiseren van een participatieproces neer op het organiseren van een democratisch proces. Er komen uiteenlopende belangen en standpunten op tafel, die tegen elkaar afgewogen worden en er gekeken wordt om alle partijen zoveel als mogelijk tevreden te stellen.

Slide 16 - Slide

Belangrijk om bij een participatieproces op te nemen:
  • Duidelijke communicatie: algemene brief aan bewoners en omstanders, met daarin uitleg over de voorgenomen werkzaamheden en waarom hiervoor gekozen is (beleid, maatschappelijke verantwoordelijkheid etc.).
  • Een algemene brief met daarin de gemaakte afspraken als routing, planning, verdere nadere communicatiemiddelen en momenten, sociale aspecten etc.
  • Een bewonersavond organiseren waarin plannen worden toegelicht en uitgewerkt.
  • Het verzorgen van een inloopspreekuur, contactpersonen tijdens de uitvoering vaak de hoofduitvoerder noodnummers ook voor calamiteiten buiten kantoortijden.
  • Het opstellen van een checklist voor de bewoners met daarin wat er van hen verwacht wordt en hoe men zich voorbereidt. 
  • Een nieuwsbrief waarin bewoners en omstanders regelmatig worden geïnformeerd.

Slide 17 - Slide

Directe kosten zijn:
  • Kosten voor aanschaf van voorraden
  • Machines die voor alleen het betreffende project gekocht worden (afschrijvingskosten 1 afschrijving)
  • Verzendkosten van goederen

Indirecte kosten zijn:
  • Machine welke ook voor andere projecten gebruikt worden
  • Energiekosten, energie word ook voor andere producten gebruikt
  • indirecte kosten moeten op basis van een verdeelsleutel aan de omzet van verschillende producten of diensten worden toegewezen

Slide 18 - Slide

Wat is het verschil tussen omzet en winst?

Slide 19 - Open question

Verschil omzet en winst
De Omzet is het bedrag dat je in een periode verdient. 
De winst is alles wat je overhoudt als alle gemaakte kosten voor je onderneming aftrekt van de omzet.

Slide 20 - Slide

Verschil vaste en variabele kosten
Een kenmerk van vaste kosten is dat deze altijd constant zullen blijven ongeacht of je veel of weinig produceert. Zo zul je elke maand huur moeten betalen ongeacht of je veel of weinig produceert. 
Variabele kosten zijn daarentegen wel afhankelijk van de hoeveelheid die je produceert.

Slide 21 - Slide

Ook bij een evenement heb je vaste kosten
  • Technische voorzieningen: geluidinstallatie
  • Communicatie incl. ontwerpkosten, drukwerk, website, advertenties, eventapp
  • Vergoedingen voor sprekers, artiesten en tolk
  • Verzekeringen
  • Vergunningen
  • Bewegwijzering
  • Inzet EHBO
  • Beveiliging
  • Afval

Slide 22 - Slide

Variabele kosten hangen af van de op-komst op je evenement. Je moet hier-voor inschatten hoeveel gasten je verwacht.
  • Huur van de locatie en benodigde ruimtes
  • Inrichting en aankleding van locatie en terrein
  • Parkeergelegenheid
  • Garderobe
  • Vervoer
  • Huur van meubilair
  • Catering inclusief serviesgoed en glaswerk
  • Schoonmaak
  • Goodiebags en attenties voor sprekers/artiesten en vrijwilligers

Slide 23 - Slide

Omschrijf in eigen woorden het verschil tussen vaste en variabele kosten

Slide 24 - Open question

Wat is een afschrijving?
Wanneer je bedrijfsmiddelen koopt wil je deze kosten doorberekenen aan de klant. Omdat sommige bedrijfsmiddelen een aantal jaren meegaan, kun je deze niet in 1 keer (jaar) doorberekenen aan dezelfde klant. In plaats daarvan moet je afschrijven (waarde inclusief waardevermindering. Dat houdt in dat je de kosten verdeelt over de jaren waarin je het bedrijfsmiddel gebruikt. 
Om te berekenen hoeveel je elk jaar mag afschrijven heb je de volgende gegevens nodig: aanschafkosten, vermoedelijke gebruiksduur en de restwaarde. De formule voor het jaarlijkse afschrijving is: (aanschafkosten - restwaarde) ÷ vermoedelijke gebruiksduur.

Slide 25 - Slide

Wat is een restwaarde
Dat is de waarde die het bedrijfsmiddel vermoedelijk nog zal hebben op het moment dat u het niet meer kunt gebruiken voor uw onderneming. Voor het bepalen van de restwaarde kunt u overleggen met de leverancier van het bedrijfsmiddel.

Slide 26 - Slide

Bij een evenement zoals koningsdag kun je eigenlijk niet spreken van een afschrijving
Een afschrijving is de waardevermindering van een Duurzaam ProductieMiddel (een machine, een kraan, auto's etc.).
Koningsdag wordt gevierd met weinig eigen dpm's het zijn gebouwen en goederen welke gehuurd worden en niet in eigendom zijn welke je kan opvoeren als afschrijving. Dit komt ook omdat het steeds op een andere locatie gevierd word en je dan ook geen eigen investering doet.

Slide 27 - Slide

Maak een kostenanalyse, in tweetallen, (op school en evt thuis) uiterlijk volgende week inleveren
Stel: De koning viert zijn verjaardag in onze school. De gasten zijn jullie (25 leerlingen) met 5 docenten. Wat heb je nodig? Kijk in deze lessonup terug bij vaste en variabele kosten wat reken je allemaal mee? Zet in excel ook je broninformatie erbij. Zoals Wat kost een beveiliging en hoeveel beveiliging heb je nodig? Wat zijn je vaste en variabele kosten. Maak in excel een berekening.

Slide 28 - Slide