Hoofdstuk 3.4 N1MH

horizontale as
Dit is de horizontale as.
Vaak gebruiken wij voor deze as de naam X-as
Coördinaat A
Dit punt heet A. Punten geef je weer met een hoofdletter
Bij dit punt hoort het coördinaat (2,4)
Coördinaat C
Bij dit punt hoort het volgende coördinaat ( 5 , 6 )
Let er op dat het eerste getal hoort bij de horizontale waarde van de as
het tweede getal bij de verticale waarde
Coördinaat B
De horizontale waarde bij dit punt is 5
De verticale waarde bij dit punt is 2
Daarom heeft B als coördinaat ( 5 , 2 )

Verticale as
Dit is de verticale as.
Deze as noemen wij in de wiskunde
vaak de Y-as
Oorsprong
Dit punt, met als coördinaat ( 0 , 0 ),
noemen wij ook wel de oorsprong.
Dit geven wij weer met de hoofdletter O
De meeste grafieken zijn voorzien van een titel. 
Denk hierbij aan bijvoorbeeld een grafiek over het aantal Corona besmettingen in Nederland.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

horizontale as
Dit is de horizontale as.
Vaak gebruiken wij voor deze as de naam X-as
Coördinaat A
Dit punt heet A. Punten geef je weer met een hoofdletter
Bij dit punt hoort het coördinaat (2,4)
Coördinaat C
Bij dit punt hoort het volgende coördinaat ( 5 , 6 )
Let er op dat het eerste getal hoort bij de horizontale waarde van de as
het tweede getal bij de verticale waarde
Coördinaat B
De horizontale waarde bij dit punt is 5
De verticale waarde bij dit punt is 2
Daarom heeft B als coördinaat ( 5 , 2 )

Verticale as
Dit is de verticale as.
Deze as noemen wij in de wiskunde
vaak de Y-as
Oorsprong
Dit punt, met als coördinaat ( 0 , 0 ),
noemen wij ook wel de oorsprong.
Dit geven wij weer met de hoofdletter O
De meeste grafieken zijn voorzien van een titel. 
Denk hierbij aan bijvoorbeeld een grafiek over het aantal Corona besmettingen in Nederland.

Slide 1 - Slide

Een coördinaat ziet er als volgt uit:
( 2 , 1) wat is 2 voor getal
A
De verticale waarde
B
De horizontale waarde

Slide 2 - Quiz

Een coördinaat bestaat uit twee getallen.
Wat zeggen deze getallen?
A
Het snijpunt van de verticale waarde en horizontale waarde
B
Wat de horizontale waarde is
C
wat de verticale waarde is
D
niets

Slide 3 - Quiz

Stelling
Het coördinaat ( 5,3 ; 6)
heeft een decimaal getal als verticale waarde
A
Waar
B
niet waar

Slide 4 - Quiz

Bij het tekenen van een assenstelsel hoeven de stapjes op de horizontale as niet even groot te zijn als de verticale as
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Welke van de volgende woorden hoort niet thuis in het rijtje: Coördinaat, verticale as,
horizontale as, GPS
A
Coördinaat
B
Verticale as
C
Horizontale as
D
GPS

Slide 6 - Quiz

Een coördinaat bestaat minstens uit 2 getallen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Punt A heeft als
coördinaat
?
A
(4,2)
B
(3,4)
C
(2,4)
D
(2,3)

Slide 8 - Quiz

Punten geef ik altijd weer met een
A
Cijfer
B
Hoofdletter
C
Coördinaat
D
een lijn

Slide 9 - Quiz

Bij een punt in een assenstel hoort een bepaalde?

A
titel
B
as
C
lijn
D
coördinaat

Slide 10 - Quiz

Rekenregels vermenigvuldigen
  • Positief x positief = positief            vb. 30 x 10 = 300 
  • Negatief x positief = negatief        vb. -30 x 10 =-300
  • Positief x negatief = negatief         vb. 30 x -10= -300
  • negatief x negatief = positief         vb. -30 x -10= 300
+ x + = +
- x + = -
+ x - = -
- x - = +

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

klopt dit plaatje
+ x + = +
- x + = +
+ x - = -
- x - = -
A
Ja alles is goed
B
Nee alleen de eerste is goed
C
nee alleen de 3de is goed
D
alleen 1 en 3 zijn goed

Slide 14 - Quiz