2h - les 2 Taalverzorging Hoofdletters - Lezen H5

Welkom


Nederlands
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Welkom


Nederlands

Slide 1 - Slide

Terugblik
- Lezen H5:
Kritisch lezen

- Woordenschat H5
Uitdrukkingen

Slide 2 - Slide

Doelen
Lezen in een boek 

Lezen
Je kunt een tekst kritisch lezen.

Taalverzorging
Je schrijft hoofdletters en aanhalingstekens juist.

Slide 3 - Slide

Lezen

timer
10:00

Slide 4 - Slide

Taalverzorging H5
Hoofdletters en aanhalingstekens
Doel: Je schrijft hoofdletters en aanhalingstekens juist.

Wanneer een hoofdletter? Wat zijn aanhalingstekens?

Slide 5 - Slide

Taalverzorging H5
Start: Wat is het verschil?

a Toen Yvonne van de berg naar beneden kwam, stond haar man op haar te wachten.
b Toen Yvonne van de Berg naar beneden kwam, stond haar man op haar te wachten. 

Slide 6 - Slide

Taalverzorging H5
a Ingeborg gaf zojuist de koning een hand.
b Ingeborg gaf zojuist De Koning een hand.

Slide 7 - Slide

Taalverzorging H5
a Heb jij gisteravond de mol nog gezien?
b Heb jij gisteravond De Mol nog gezien?

Slide 8 - Slide

Taalverzorging H5
Je schrijft een hoofdletter:
aan het begin van een zin. Maar let op:

– ’s Avonds drinkt Robert graag een kopje thee.
– 11 carnavalsvierders waren verkleed als Disneyfiguur.

Slide 9 - Slide

bij eigennamen:

– Illona, Adam, de Bernardstraat, Utrecht, de Maas, het vak Engels, Pasen, Greenpeace, het Willem-Alexander College.
Let op bij persoonsnamen. Als er een voorletter of voornaam bij staat, schrijf je voorvoegsels met kleine letters:
– Ernst van de Heuvel, de heer E. van de Heuvel, de heer Van de Heuvel, mevrouw S. van de Heuvel-den Haan.


Je schrijft een hoofdletter:
bij eigennamen:

– Illona, Adam, de Bernardstraat, Utrecht, de Maas, het vak Engels, Pasen, Greenpeace, het Willem-Alexander College.
Let op bij persoonsnamen. Als er een voorletter of voornaam bij staat, schrijf je voorvoegsels met kleine letters:
– Ernst van de Heuvel, de heer E. van de Heuvel, de heer Van de Heuvel, mevrouw S. van de Heuvel-den Haan.


Slide 10 - Slide

Je schrijft een hoofdletter bij:
bij bijvoeglijke naamwoorden die van aardrijkskundige namen zijn afgeleid:
– Belgische bonbons, Portugese wijn.

Slide 11 - Slide

Je gebruikt een kleine letter:

bij samenstellingen met religieuze feesten: paasmaandag, kerstvakantie;
bij religies, stromingen en afleidingen daarvan: christendom, islamieten;
bij windstreken: het oosten, zuidwest;
bij namen van seizoenen, maanden en periodes: herfst, november, de ijstijd.



Je gebruikt een kleine letter: 

bij samenstellingen met religieuze feesten: paasmaandag, kerstvakantie;
 
bij religies, stromingen en afleidingen daarvan: christendom, islamieten;
 
bij windstreken: het oosten, zuidwest;
 
bij namen van seizoenen, maanden en periodes: herfst, november, de ijstijd.



Slide 12 - Slide

Je gebruikt aanhalingstekens:

bij de directe rede/citaten (let op de plaats van de aanhalingstekens en de andere leestekens):
– ‘Wil jij de vaatwasser even uitruimen?’, vroeg Iris aan haar zus.
– ‘Ik ga vanavond vroeg naar bed’, kondigde Pieter aan.
– ‘Als je zaterdagavond bij restaurant De Brug wilt eten,’ zei Anton, ‘zou ik wel eerst reserveren. ’
– De heer Van Engelen vroeg aan een voorbijganger: ‘Weet u waar het station ligt?’
Je gebruikt geen aanhalingstekens bij de indirecte rede en bij gedachten:
– De heer Van Engelen vroeg aan een voorbijganger of hij wist waar het station is.
– Lente vroeg zich af: hoe kom ik onder dit afspraakje uit?







Slide 13 - Slide

Je gebruikt aanhalingstekens:
bij titels:

- Olivier raadt mij aan om 'Wonder' van R.J. Palacio te lezen.


als je het woord zelf bedoelt en niet de betekenis:
– Veel mensen hebben moeite met de spelling van het woord ‘barbecue’.


Slide 14 - Slide

Taalverzorging H5
Hoofdletters en aanhalingstekens
Doel: Je schrijft hoofdletters en aanhalingstekens juist.


Maken: 1, 1~,2, 2~

Slide 15 - Slide

Huiswerk
Leesboek meenemen
Maken: H5 Taalverzorging Hoofdletters 1, 1~, 2, 2~
H5 Lezen 5, 9

Slide 16 - Slide