Woensdag 12 maart les 1

• Nederlands
• ISK
• ISK

Pak je leesboek

• We beginnen met 15 minuten stillezen.
• Boek uit? Ruilen in het 3e lesuur. 

Wat gaan we deze les doen?

• DISK Thema 8 taak 1: 

      - Gesprek oefenen

      - Vragen beantwoorden

      - Pitch voorbereiden

Wat leer je deze les?

Groep A en B

1. Ik kan reclame maken voor een apparaat. 

Groep B

2. Ik kan woorden gebruiken die mijn reclame leuker maken. 

Groep A:

Ranya

Samer

Nabhan

Sedra

Ahmed

Muneer

Sadiye

Asmarom

Groep B:

Haneen

Aghead

Liran

Omar

Salman

Samra

Donat

Fawaha

Hermon

Waar gaat de les over?

Voorbeeld van een pitch

"Hallo allemaal, ik wil jullie vertellen over mijn smartphone, de SuperPhone X. Dit is de beste telefoon die je kunt kopen! Hij is snel, krachtig en heeft een prachtig scherm. De camera maakt scherpe en heldere foto’s, zelfs in het donker. De batterij gaat de hele dag mee, zodat je nooit zonder stroom zit.

Ik gebruik mijn SuperPhone X voor alles: bellen, berichten sturen, video’s kijken en spelletjes spelen. De telefoon is ook superveilig, want hij heeft gezichtsherkenning.

Wil jij een telefoon die mooi, handig en supersnel is? Koop dan de SuperPhone X!"

DISK Thema 8 Technologie

Taak 1

Gesprek oefenen 

Luister naar het gesprek

• Onderstreep de woorden die je niet kent 

Het apparaat

Een voorwerp dat je kunt gebruiken om je te helpen.

Zin: 

Ik heb een apparaat gekocht voor in de keuken.

Tevreden

Blij met wat je hebt, alles is goed.

niet tevreden = ontevreden

Zin:

Ik ben tevreden met mijn huis.

Lees het gesprek voor

• Lees de zinnen hardop voor. Leerling A begint. 
• Doe de opdracht nog een keer. Nu begint B.

Oefen het gesprek

A Heb je een telefoon?

B Ja, natuurlijk. Iedereen heeft een telefoon.

A Wat voor merk is het?

B Ik heb een CHT.

A Ben je tevreden over je telefoon?

B Ja, hij is echt geweldig. Hij is mooi en snel en hij heeft ook een supergoede accu.

A Wat doe je allemaal op je telefoon?

B Wat denk je? Instagrammen, gamen en zo.

A Whatsapp je ook veel?

B Ja, vooral met mijn zus en mijn moeder.

A Welke app gebruik je het meest?

B Ik denk Snapchat of YouTube. Die vind ik echt de beste.

A Heb je ook een computer thuis?

B Ja, we hebben thuis twee laptops. Ze zijn klein maar hebben een heel mooi scherm.

A Wie gebruiken die?

B Vooral mijn zus en ik. En mijn moeder af en toe.

Klaar?

Wissel van rol

Praten over apparaten

Stel elkaar de vragen. 

• Heb je een telefoon?
  
• Wat voor merk is het?
  
• Ben je tevreden over je telefoon?
  
• Wat doe je allemaal op je telefoon?
  
• Whatsapp je ook veel?
  
• Welke app gebruik je het meest?
  
• Heb je ook een computer thuis?

 Klaar? De andere persoon stelt de vragen

De pitch

Een minipresentatie -> 

een korte presentatie

Zin: 

Ik geef een pitch over mijn plan.

Pitch voorbereiden

• Voor welk apparaat of welke technologie ga je reclame maken? Je telefoon, een app, je digitale camera of een ander apparaat.
  
• Waarom is het apparaat zo goed? 
• Wat vind je er leuk aan? 
• Wat kan je ermee doen?
• Waarom moet iemand anders het ook gaan gebruiken?

Groep A: Schrijf de antwoorden op je werkblad (opdracht 4). Of schrijf in je schrift.

Een pitch

Een pitch is een hele korte presentatie.

Voor deze opdracht is je pitch 1 minuut.

Groep B:
Welke woorden maken een reclame goed?

Voorbeeld van een pitch

"Hallo allemaal, ik wil jullie vertellen over mijn smartphone, de SuperPhone X. Dit is de beste telefoon die je kunt kopen! Hij is snel, krachtig en heeft een prachtig scherm. De camera maakt scherpe en heldere foto’s, zelfs in het donker. De batterij gaat de hele dag mee, zodat je nooit zonder stroom zit.

Ik gebruik mijn SuperPhone X voor alles: bellen, berichten sturen, video’s kijken en spelletjes spelen. De telefoon is ook superveilig, want hij heeft gezichtsherkenning.

Wil jij een telefoon die mooi, handig en supersnel is? Koop dan de SuperPhone X!"

Pitchen

• Tweede lesuur
• Je oefent eerst zelf. 
• Daarna oefen je in groepjes.
• Ten slotte ga je voor de klas pitchen.

Welke reclame was het beste?

Einde les

• Ik kan reclame maken voor een apparaat.
• Ik weet welke woorden een reclame leuk maken. 

Wat lukte goed?

Wat vind je nog moeilijk?