What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
vertering en afweer
vertering en afweer
1 / 35
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
This lesson contains
35 slides
, with
text slides
.
Lesson duration is:
90 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
vertering en afweer
Slide 1 - Slide
Vertering
Vertering gebeurt in het
maagdarmkanaal.
Verteringsklieren
voegen
veteringssappen
toe met daarin
enzymen.
Slide 2 - Slide
Mechanisch en chemisch
Een appel in zijn geheel is moeilijk doorslikken. Speeksel helpt, maar
kauwen
is nodig.
Bij verkleinen van voedingsmiddelen wordt oppervlak groter. Enzymen kunnen zo beter binden aan het substraat.
Verteren kan ook
chemisch
: gal en maagzuur.
Enzymen vallen ook onder chemische vertering.
Slide 3 - Slide
Maagsap
Maagsap heeft pH van 1,5-3,5
Maag maakt pepsinogeen.
Inactief pro-enzym
wordt actief door maagzuur
Door positieve terugkoppeling wordt pepsine gevormd.
slijm voorkomt afbreken maagwand
Slide 4 - Slide
Maag
Maagportier opent af en toe om voedsel door te laten.
Wordt geregeld door pH.
> Dicht bij lage pH in 12-vingerige darm
> Open bij hoge pH in 12-vingerige darm
Slide 5 - Slide
Darmen
12-vingerige darm
gal en alvleessap word hieraan toegevoegd.
Slide 6 - Slide
Darmen
Dunne darm
Laatste ronde vertering
Opname van stoffen
Dikke darm
Opname van water (met name van verteringssappen)
Vertering door darmbacteriën
Endeldarm
Opname water en verzamelen onverteerde resten
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Enzymen
Enzymen zijn
substraatspecifiek
.
Enzymen zijn eiwitten
aan active side bindt het substraat
Enzym + substraat
Enzymsubstraatcomplex (ESC)
Enzym + product
Slide 9 - Slide
Enzymen
Enzymen doen hun taak het best bij bepaalde omstandigheden: optimum.
Er is een optimum voor pH en voor temperatuur.
Problemen die ontstaan:
-
lage pH
: enzymen vervormen (=tijdelijk)
-
hoge temperaturen
: enzymen
denatureren
(= blijvend onwerkzaam).
-
lage temperaturen
: minder bindingen tussen enzym en substraat.
Slide 10 - Slide
voedingsvezels zijn goed voor darmperistalstiek
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
poortader
bloedvat van dunne darm naar lever
lever is het enige orgaan met 3 bloedvaten
poortader, leverslagader en de leverader
Slide 13 - Slide
Resorptie
Opname van stoffen via darmwand.
monosachariden, aminozuren, vitamines, mineralen, water, medicijnen en (via lymfe:) vetzuren.
kleine moleculen kunnen door het membraan
Slide 14 - Slide
Bijzonderheden
Vetten lost niet op in water.
Vertering en opname moeilijker.
Na darmcellen niet direct in bloed maar in lymfe opgenomen.
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Huid
De huid beschermt tegen ziekteverwekkers, tegen kou/ warmte en tegen UV straling.
Vacht, vetlaagje onder de huid (in het
onderhuids bindweefsel
), zweetklieren, pigment.
Slide 17 - Slide
Huid: kou/ hitte
Bij kou: minder doorbloeding van de huid -> minder warmteverlies
Bij hitte: meer doorbloeding van de huid -> meer warmteverlies + verdamping van zweet.
Slide 18 - Slide
Kiemlaag
Slide 19 - Slide
UV-licht stimuleert pigmentvormende cellen (melanocyten) om pigmentkorrels (melaninen) te maken. Dit worden verdeeld over cellen in de opperhuid.
Pigmentkorrels houden UV straling tegen, voorkomt DNA schade.
Slide 20 - Slide
Andere epitheelcellen
Op plekken waar geen huid zit produceren epitheelcellen:
Traanvocht (met anti-bacterie-enzymen)
Slijm (vangt ziekteverwekkers en stof) -> slijmvliezen
Zoutzuur (in de maag - doodt ziekteverwekkers)
Ook hebben deze epitheelcellen soms trilharen die het slijm naar buiten werken. Bijvoorbeeld in de luchtpijp.
Slide 21 - Slide
2e beschermende barriere tegen pathogenen
Actieve bescherming
: witte bloedcellen komen in
actie
Slide 22 - Slide
Fagocytose
Door een fagocyt, meestal
macrofaag
(een bepaalde witte bloedcel)
Niet-specifieke afweer
:
het maakt niet uit welke ziekteverwekker / toxine het is
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
antibiotica
Werken alleen tegen een
bacteriële
infectie!!!!
Verschillende soorten antibiotica, verschillende werkings mechanismen
Slide 25 - Slide
1: niet specifieke afweer
Slide 26 - Slide
immuniteit
kunstmatig/natuurlijk
actief/passief
Slide 27 - Slide
bloedgroepen A AB B nul
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Naast A, AB, B en nul is er ook nog de rhesusfactor + of -
Rhesusfactor = extra type antigen
De antistoffen tegen Rhesus zitten normaal niet al in je bloed.
Pas na contact met Rhesus + ga je antistoffen maken
Slide 30 - Slide
Rhesus baby
Rhesus antistoffen kunnen door de placenta
AB antistoffen niet
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Slide
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
examenvragen die je kunt oefenen over dit onderwerp: 2021 2de tijdvak opdrachten: 3,4,5,6,7,13,15 en 18
Slide 35 - Slide
More lessons like this
12.1 Voorkomen is beter dan genezen ll
November 2023
- Lesson with
46 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
12.1 Voorkomen is beter dan genezen
June 2022
- Lesson with
26 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
12.1 Voorkomen is beter dan genezen
May 2023
- Lesson with
33 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
zelfstandig werken gezondheid
December 2023
- Lesson with
45 slides
Domein B5: Afweer van het organisme
May 2023
- Lesson with
45 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Herhalen Afweer
August 2024
- Lesson with
32 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
hoorcollege afweer
March 2024
- Lesson with
32 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Herhalen Afweer
25 days ago
- Lesson with
32 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6