“Ik zie dat je behoorlijk bent aangekomen. Wellicht moet je wat meer sporten.”
“Maar jij rookt en dat doe ik niet.”
Twee politici tegen elkaar:
“Door uw beleid zijn de huren de afgelopen jaren met 2% gestegen.”
“En dat zegt iemand van een partij die de oren helemaal naar Europa laat hangen.”
Je ziet het, bij beide voorbeelden worden niet de argumenten aangevallen, maar wel de persoon zelf of zijn handelwijze. Dat is een onvervalste jij-bak, een drogreden dus. Je speelt niet de bal, maar de man. Volgens sommigen straalt de jij-bak intellectuele armoede uit. Een jij-bak herken je aan formuleringen