This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Toets
Deze toets zal gaan over diabetes
Succes
Slide 1 - Slide
Het insuline- onafhankelijke type van diabetes mellitus wordt ook wel type 1 genoemd
A
juist
B
Onjuist
Slide 2 - Quiz
Bij een zorgvrager met een bekende, behandelde diabetes kunnen helaas toch complicaties ontstaan.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 3 - Quiz
Bij een hyperglykemie ontstaat de situatie waarbij de concentratie van glucose te laag is.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 4 - Quiz
De alvleesklier maakt naast insuline ook glucagon aan. Dit hormoon kan het glycogeen uit de lever weer omzetten in glucose.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quiz
Een normale glucose schommelt tussen de 4,5 en 7.8 mmol/l.
A
juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quiz
Paul heeft een glucose van 11mml/l , dit noemen we een hypo
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quiz
Marieke heeft diabetes. Je ziet haar rillen, ze ziet bleek, ze heeft hoofdpijn en reageer humeurig bij aanspreken. Vermoedelijk heeft zij een hypoglykemie
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quiz
Marieke heeft een te lage glucose. Het onmiddellijk toedienen van extra insuline is nu een goede actie
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quiz
Bij een te hoge glucose spiegel kan de adem van de zorgvrager naar aceton ruiken.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
Een te hoge bloedsuiker herken je doordat de zorgvrager over dorst klaagt, moe is, vaak moet plassen en een rode kleur heeft.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quiz
Bij de behandeling van diabetes mellitus moet rekening gehouden worden met eventuele factoren die ontregeling van de bloedsuiker kunnen veroorzaken. Wat is een bekende oorzaak voor een dergelijke ontregeling?
A
infectie
B
veel vocht drinken
C
gewenning aan de medicatie
Slide 12 - Quiz
Normaal stijgt na het eten van een maaltijd het bloedglucose. Hoe reageert de alvleesklier hierop?
A
afbraak van het hormoon glucagon
B
vrijmaken van opgeslagen glucose
C
productie van enzymen die glucose direct afbreken
D
productie van het hormoon insuline
Slide 13 - Quiz
Bram heeft diabetes type 1 en constateert bij zichzelf een te lage bloedsuiker. Hij voelde zich niet zo lekker, controleerde de bloedsuiker en ziet dat deze 2,7 is. Wat moet hij doen?
A
extra glucagon toedienen
B
zo min mogelijk bewegen
C
producten met veel glucose nemen
D
de lichaamstemperatuur verhogen
Slide 14 - Quiz
Bij gezonde mensen ligt de nuchtere glucosewaarde onder de 6,1 mmol per liter. De nuchtere glucosewaarde wordt bepaald als iemand een aantal uur niet gegeten of gedronken heeft. stelling; voor het bepalen van deze waarde moet iemand ....... niet gegeten of gedronken hebben.
A
2 uur
B
5 uur
C
8 uur
D
11 uur
Slide 15 - Quiz
Voedingsmiddelen met koolhydraten worden in de maag en darmen omgezet tot glucose. Glucose wordt opgenomen in je bloed. Vanuit daar gaat het naar je spieren en organen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quiz
Glucagon en insuline zijn hormonen en behoren tot de endocriene functie van de alvleesklier
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quiz
Een ulcus cruris (open been) kan een complicatie zijn van diabetes mellitus