Market Leader elementary unit 8

Unit 8 'advertising'
1 / 36
next
Slide 1: Slide
RetailMBOStudiejaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Unit 8 'advertising'

Slide 1 - Slide

famous companies in the Netherlands

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

a quiz

Slide 5 - Slide

anwers
1 c
2 a
3 b
4 c
5 b
6 a
7 b
8 b
9 b

Slide 6 - Slide

Listening: write down the numbers

Slide 7 - Open question


Slide 8 - Open question


Slide 9 - Open question

Onze leraar is de leukste van alle leraren.

Slide 10 - Open question

Degrees of comparisons 
trappen der vergelijking

Slide 11 - Slide

Als we dingen vergelijken noemen we dat de : vergrotende trap
In het Engels zet je dan -er achter het woord:
small - smaller
fast - faster
high - higher

Slide 12 - Slide

Achter het woord + er zet je dan than
this dog is smaller than that one
smaller than

Slide 13 - Slide

Als dingen het allerbeste zijn dan noemen we dat de overtreffende trap
In het Engels zet je dan -est achter het woord 

fastest
smallest
highest

Slide 14 - Slide

woorden die eindigen op een griekse y
Bij de overtreffende trap verdwijnt 
de -y en komt er -ier achter
1
an ugly dog 
an uglier dog
the ugliest dog

Slide 15 - Slide

2
woorden die eindigen op -e
bijv : safe, nice, large
Bij de vergrotende trap komt er een -r achter het woord

Slide 16 - Slide

2
woorden die eindigen op -e
Bij de overtreffende trap komt er een -st achter het woord
a large dog
a larger dog
the largest dog

Slide 17 - Slide

Woorden van 1 lettergreep met 1 klinker die eindigen op 1 medeklinker
3
bijv : big , fat, hot
Bij de vergrotende trap verdubbelt de medeklinker + er
bigger/ fatter/ hotter

Slide 18 - Slide

Woorden van 1 lettergreep met 1 klinker die eindigen op 1 medeklinker
3
Bij de overtreffende trap verdubbelt de medeklinker + est
         
a fat dog
a fatter dog
the fattest dog

Slide 19 - Slide

Deze rijtjes moet je uit je hoofd leren :


  • much/many - more - most
  • little/ few - less - least
  • bad - worse - worst
  • good - better - best

Slide 20 - Slide

er zijn ook lange bijvoeglijke naamwoorden. Deze hebben 3 of meer lettergrepen
  • beautiful
  • intelligent
  • wonderful
  • exciting
  • difficult

Slide 21 - Slide

Bij deze lange woorden maak je de vergrotende en overtreffende trap door more en most voor het woord te zetten
  • more - most beautiful
  • more - most intelligent
  • more - most wonderful
  • more - most exciting

Slide 22 - Slide

een aantal woorden van 2 lettergrepen krijgen ook more en most
Bijvoorbeeld:
famous
boring


Slide 23 - Slide

Comparisons

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Slide

My sister has a ___ room than I have.
A
big
B
bigger
C
biggest
D
more bigger

Slide 27 - Quiz

I drive ___ than my husband.
A
safe
B
safer
C
safest
D
most safe

Slide 28 - Quiz

The teacher likes to have the ___ talks.
A
dull
B
duller
C
dullest

Slide 29 - Quiz

It is _____ than ever to find good football players.
A
more difficult
B
difficulter
C
most difficult
D
difficultest

Slide 30 - Quiz

Michael Jackson was the
___ singer ever .
A
great
B
greater
C
greatest
D
most great

Slide 31 - Quiz

The weather today is even ___
than yesterday.
A
badder
B
baddest
C
worse
D
worst

Slide 32 - Quiz

My dad is the ___ dad ever!
A
good
B
goodest
C
better
D
best

Slide 33 - Quiz

That group is _____ than the other group.
A
more serious
B
most serious
C
seriouser
D
seriousest

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Link

Slide 36 - Slide