De specifieke afweer heeft twee typen: cellulaire en humorale afweer. Bij welke worden T-geheugencellen gemaakt?
A
cellulaire afweer
B
humorale afweer
Slide 14 - Quiz
Als je antistoffen inspuit dan ben je ...
A
Tijdelijk immuun (passieve immunisatie)
B
Voor altijd immuun
(passive immunisatie)
C
Tijdelijk immuun (actieve immunisatie)
D
Voor altijd immuun
(actieve immunisatie)
Slide 15 - Quiz
Antistoffen worden geproduceerd bij de
A
humorale afweer door T-lymfocyten
B
cellulaire afweer door T-lymfocyten
C
humorale afweer door B-lymfocyten
D
cellulaire afweer door B-lymfocyten
Slide 16 - Quiz
Doordat granulocyten (mestcellen) antistoffen binden aan het celmembraan ...
A
... vallen ze alle antigenen aan
B
... vallen ze alleen het specifieke antigeen aan die aan het antilichaam bindt.
C
... vallen ze alle lichaams-vreemde antigenen aan
D
...vallen ze B-cellen aan.
Slide 17 - Quiz
Het afgeven van histamine door de mestcel heet ook wel degranulatie. Wat is de prikkel voor deze degranulatie?
A
hechting van IgE-antistoffen aan de mestcel
B
koppeling van het allergeen
aan meer dan een IgE-molecuul
C
presentatie van het
allergeen door een APC
D
stimulatie door cytokinen
Slide 18 - Quiz
Specifieke afweer is afweer ....
A
.. door de huid
B
... door fagocytose
C
.. door koorts
D
... door antistoffen
Slide 19 - Quiz
Van welke afweer is hier sprake?
A
Humorale afweer
B
Cellulaire afweer
Slide 20 - Quiz
Wat is een voorbeeld van kunstmatige passieve immuniteit
A
vaccinatie
B
serum toedienen
C
een ziekte doormaken
D
borstvoeding
Slide 21 - Quiz
Bij Daan wordt vermoed dat hij allergisch is voor stoffen uit kippeneieren. Bij onderzoek wordt Daans bloed gemengd met eiwitten uit eieren. Stoffen in zijn bloed binden zich aan deze eiwitten. Dit is een aanwijzing voor ei-allergie.
Hoe heten de stoffen in het bloed die zich binden aan de eiwitten uit de eieren?