Par. 3.4: Het Christendom

Begintaak
Geef de betekenis van "staatsgodsdienst". 

3 minuten
Zelfstandig en in stilte
Weet je het niet? Zoek op par. 3.4
Eerder klaar? Begrippen leren op blz. 53
timer
3:00
1 / 22
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Begintaak
Geef de betekenis van "staatsgodsdienst". 

3 minuten
Zelfstandig en in stilte
Weet je het niet? Zoek op par. 3.4
Eerder klaar? Begrippen leren op blz. 53
timer
3:00

Slide 1 - Slide

Planning
27/11:  Par 3.0 Oriëntatie
30/11: Repetitie bespreken + Par. 3.1 Van stadstaat tot wereldrijk
04/12: Par. 3.1 Van stadstaat tot wereldrijk
07/12: Par. 3.2 Langs de Limes
11/12:  SO par. 3.1 + Par. 3.2 Langs de Limes
14/12: Par. 3.3 Brood en Spelen
18/12: Kerstviering
Kerstvakantie
04/01: Par. 3.3 Brood en Spelen
08/01: Par. 3.4 Het Christendom
11/01: Par. 3.4 Het Christendom
15/01: Par. 3.5 Het einde van het Romeinse Rijk
18/01: Par. 3.5 Het einde van het Romeinse Rijk
22/01: Repetitie H2

Slide 2 - Slide

Vandaag:
1. Uitleg par. 3.4
2. Afsluiten
3. Opdrachten maken

Slide 3 - Slide

Huiswerk bespreken

Par. 3.2 opdrachten 4, 7 en 8
Par. 3.3 opdrachten 2, 3, 4 en 5
Par. 3.3 opdrachten 6, 7a, 9a en 10
 

Slide 4 - Slide

Leerdoel (vrijdag beantwoorden)
Waardoor werd het christendom een belangrijke godsdienst? 

Slide 5 - Slide

Het Romeinse Rijk

Slide 6 - Slide

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Het Christendom
  • 63v. Chr.: Verovering van Palestina, waar veel joden woonden.
  • Ze geloven in één God = monotheïstisch
  • Er zou een verlosser komen om hen te bevrijden van al het kwaad, dus vooral van de Romeinen. 

Slide 9 - Slide

Jezus van Nazareth (1)

Slide 10 - Slide

Jezus van Nazareth (2)
  • Geboren in Nazareth = begin jaartelling
  • Reisde rond door Palestina en vertelde over God en goed en kwaad. 
  • Vertelde dat iedereen is gelijk. Dat was heel aantrekkelijk voor de armen.

Slide 11 - Slide

Jezus van Nazareth (4)
  • Kreeg veel aanhangers = christenen
  • Christenen geloven dat Jezus de Messias is.
  • Romeinen vonden hem gevaarlijk. 
  • Werd gevangen genomen en gekruisigde.
  • Christenen reisden rond en verspreiden het evangelie ("de goede nieuws").

Slide 12 - Slide

De christenen
  • De christenen werden vervolgd. Ze wilden de Romeinse goden en de keizer niet vereren. 

Slide 13 - Slide

Vervolging
Keizer Nero: brand in Rome in 64 n. Chr.

Toch had het christendom veel aanhangers. Waarom?
  • Dapperheid
  • Goed georganiseerd
  • Hielpen elkaar

Slide 14 - Slide

Feiten en meningen (1)
Feit: Jezus heeft echt bestaan!
Hoe weten wij dat? Door historische bronnen onderzoek, zoals Tacitus.


Slide 15 - Slide

Feiten en meningen (2)
Mening: Iedereen kan een andere mening hebben over zijn dood.


Slide 16 - Slide

Het christendom wordt staatsgodsdienst (1)
  • Eerst waren vooral armen en vrouwen christelijk. Later ook de rijken. 
  • Rijken = geld = christenen helpen de armen.
  • Christenen waren goed georganiseerd. 
  • Uiteindelijk wordt het christendom staatsgodsdienst

Slide 17 - Slide

Het christendom wordt staatsgodsdienst (2)
312: Keizer Constantijn's de Grote droom. Veldslag gewonnen
door God (bang voor christelijke opstand? Wilde hij rust in zijn Rijk bewaren?)
Iedereen mocht zijn eigen godsdienst kiezen.

Slide 18 - Slide

Het christendom wordt staatsgodsdienst (3)
313: Tolerantie-edict = verbod op het christendom opgegeven.

391: Keizer Theodosius I = verbod op het Grieks-Romeinse geloof. Het christendom werd het staatsgodsdienst.
Christendom verspreidde zich snel over het Romeinse Rijk. 

Slide 19 - Slide

Een nieuwe maatschappij
Het begin van het christelijke macht:
  • Bisschoppen (leiders van de christenen) kregen steeds meer taken in het bestuur van de Romeinse steden. 

Organisatie:
  • Bisschop: leider van een groep christenen in een stad.
  • Paus (vader,papa): eerst bisschop van Rome, later werd de paus het hoofd van de Rooms-Katholieke Kerk. 

Slide 20 - Slide

Opdrachten maken
Par. 3.4 opdrachten 2, 3, 5, 6, 7, 8, 10 en 12. 

Slide 21 - Slide

Afsluiten
Waardoor werd het christendom een belangrijke godsdienst?

Slide 22 - Slide