Een deel van het verteringskanaal kan tijdelijk worden afgesloten om de voedsel¬brij tegen te houden. Zo wordt de bovenkant van de maag afgesloten door een kringspier, de cardia. De onderkant wordt afgesloten door een andere kringspier, de pylorus. Waar de dunne darm overgaat in de dikke darm bevindt zich de klep van Bauhin. Aan het einde van de endeldarm bevindt zich de anus met twee kringspieren: de binnenste en de buitenste sluitspier.