Import export

1 / 20
next
Slide 1: Video
EconomieMiddelbare school

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Nederlanders houden graag vakantie in het buitenland. Als ze met een buitenlandse vliegmaatschappij reizen dan is er sprake van:
A
export van goederen.
B
export van diensten.
C
import van goederen.
D
import van diensten.

Slide 2 - Quiz

wederuitvoer
Nederland voert ook producten in die vervolgens doorverkocht worden aan het buitenland, dit heet doorvoerhandel of wederuitvoer.

Slide 3 - Slide

een Amerikaanse auto komt aan in de Rotterdamse haven.
wanneer is het wederuitvoer?
A
als jij de auto ontvangt
B
als iemand in belgië de auto ontvangt

Slide 4 - Quiz

Open economie
Nederland heeft een open economie

Of Nederland naar verhouding veel met het buitenland handelt kun je meten m.b.v. de export- en importquote.

Slide 5 - Slide

Gesloten economie
Zuid Korea heeft een open economie

Of Zuid korea naar verhouding weing met het buitenland handelt kun je meten m.b.v. de export- en importquote.

Slide 6 - Slide

Betalingsbalans
Een overzicht van alle betalingen aan het buitenland ( import)
en alle ontvangsten van het buitenland ( export).

Overschot op de betalingsbalans : de ontvangsten zijn groter dan de uitgaven.
Tekort: de betalingen zijn groter dan de ontvangsten

Slide 7 - Slide

import qoute 
nederland heeft een nationaal inkomen van 230 miljard. de invoer is 25,5 miljard. wat is de importqoute?
invoer : nationaal inkomen x 100 = import qoute
25,5 : 230 x 100 =11,1 %

Slide 8 - Slide

de uitvoer van Nederland is 345 miljard. het nationaal inkomen is 847 miljard. wat is de export quote?
A
40,7%
B
48,3%
C
2,5%
D
55,2 %

Slide 9 - Quiz

Import of export?
Ik ben op vakantie in Frankrijk.

A
import
B
export

Slide 10 - Quiz

Import of export?
DSM verkoopt plastic aan Duitsland.
A
import
B
export

Slide 11 - Quiz

Nederland heeft een ... economie.
A
gesloten
B
open

Slide 12 - Quiz

De Verenigde Staten hebben een ... economie
A
open
B
gesloten

Slide 13 - Quiz

Hoe gaan de stromingen bij import en export?
import
export
geld van Nederland naar het buitenland
geld naar Nederland vanuit het buitenland

Slide 14 - Drag question

welke voordelen heeft weder uitvoer?
A
laag in kosten
B
zorgt voor veel werk
C
maakt je veel winst mee
D
onderhoud je handelsrelaties mee

Slide 15 - Quiz

Wat zijn kenmerken van een land met een open economie?
A
Weinig invoer (import) en uitvoer (export) in verhouding tot de productie.
B
Veel invoer (import) en veel uitvoer (export) in verhouding tot de productie.

Slide 16 - Quiz

Het voordeel van import voor de Nederlandse consument is ...
A
meer keuze in goederen en diensten.
B
minder keuze in goederen en diensten.

Slide 17 - Quiz

Een voordeel van meer export is ...
A
dat de werkgelegenheid daalt.
B
dat de werkgelegenheid stijgt.

Slide 18 - Quiz

als een auto uit Amerika via de haven van Antwerpen naar jou komt, is er dan spraken van wederuitvoer?
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

Wat is geen vorm van internationale handel?
A
Nederland verkoopt aan China.
B
Duitsland koopt van Nederland.
C
Brussel koopt van Londen.
D
Amsterdam verkoopt aan Eindhoven.

Slide 20 - Quiz