Lesdoel:
Je kent de drie fasen waarin water kan voorkomen benoemen.
Je kunt beschrijven wat waterdamp is en wat er gebeurt als waterdam condenseert.
Je kunt uitleggen waarom ijs en veel andere vaste stoffen een kenmerkende kristalstructuur hebben.
Je kunt de verschillende sorten neerslag noemen en beschrijven.
Je kunt uitleggen waarom ijs blijft drijven op water.