Baksteen in de Maag: Het Ontwerpen van een Woning

Baksteen in de Maag: Het Ontwerpen van een Woning

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je:
- De belangrijkste en secundaire behoeften van een woning identificeren
- De principes van ruimtelijke ordening en standaardafmetingen toepassen in een huisontwerp
- De oriëntatie van een huis begrijpen en toepassen
- Een voorontwerp van een huis maken rekening houdend met de geleerde principes en behoeften

Wat weet je al over het ontwerpen van een woning?

Primaire en secundaire behoeften in een woningontwerp

• Primaire behoeften: woonkamer, slaapkamer, keuken, badkamer
• Secundaire behoeften: ruimtes afhankelijk van specifieke behoeften van bewoners

Oriëntatie, logische groepering en standaardafmetingen in een woningontwerp

• Oriëntatie van een huis
• Logische groepering van ruimtes
• Standaardafmetingen voor comfortabel leven

Stedenbouwkundige voorschriften en hun impact op een huisontwerp

• Regels en voorschriften die bouw en indeling van woningen bepalen

Het maken van een voorontwerp van een huis

• Initiële schets van een huisontwerp

Definitielijst

• Primaire behoeften: De basisbehoeften van een huisontwerp, zoals een woonkamer, slaapkamer, keuken en badkamer
• Secundaire behoeften: Additionele ruimtes in een huisontwerp die afhankelijk zijn van de specifieke behoeften van de bewoners
• Voorontwerp: Een initiële schets van een huisontwerp
• Standaardafmetingen: De minimale afmetingen van verschillende ruimtes in een huis om comfortabel te kunnen leven
• Stedenbouwkundige voorschriften: Regels en voorschriften die de bouw en indeling van woningen bepalen

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.