Les 4.1 Parkinson

1 / 29
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Eerder van de Ziekte van Parkinson gehoord?
A
Ja
B
Ja, ik ken iemand die dat heeft
C
Nee, nooit van gehoord

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

De ziekte van Parkinson is een spierziekte.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Van welke neurotransmitter heeft iemand met Parkinson tekort?
A
Serotine
B
kinine
C
amfetamine
D
dopamine

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Kenmerken van Parkinson?
A
Trillen
B
Zweten
C
Buikpijn
D
Hersenbloeding

Slide 16 - Quiz

De ziekte van Parkinson ontstaat bij de meeste patiënten na het 60e jaar.
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quiz

In rust is het beven bij Parkinson patienten erger dan bij beweging
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz

Verschijnsel van Parkinson = rigiditeit

Wat betekent dit?
A
Trillen
B
spierstijfheid
C
maskergelaat
D
Geen van allen

Slide 19 - Quiz

Bij de ziekte van Parkinson ontstaat een tekort aan histamine
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Parkinson is met medicatie te genezen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

"Dhr van der M. (58) heeft de ziekte van Parkinson. Dhr heeft hulp nodig bij het eten en zijn dagelijkse verzorging zoals wassen en aankleden. Hij heeft 24-uurszorg nodig en verblijft in een verpleeghuis.
Via welke wet wordt dit geregeld?
A
WGBO
B
WKKGZ
C
WLZ
D
WVGGZ

Slide 25 - Quiz

De levensverwachting bij Parkinson is gelijk aan die van gezonde mensen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

De lesstof over Parkinson heb ik begrepen
0100

Slide 27 - Poll

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide