CVA vs. TIA

CVA vs. TIA                                     


1 / 16
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

CVA vs. TIA                                     


Slide 1 - Slide

De letters CVA betekenen
A
cerebro viraal attack
B
cerebro viraal accident
C
cerebro vasculair attack
D
cerebro vasculair accident

Slide 2 - Quiz

20% van alle CVA's is een bloedig CVA.
Wat is de oorzaak van een bloedig CVA?
A
embolie
B
hypertensie
C
trombose
D
ontsteking van een hersenzenuw

Slide 3 - Quiz

Wat is een risicofactor voor een CVA?
A
Diabetes
B
Hoge bloeddruk
C
Beide bovenstaande
D
Geen van bovenstaande

Slide 4 - Quiz

Welke vormen van een CVA zijn er
A
Een herseninfarct en TIA
B
Een hersenbloeding en TIA
C
Een herseninfarct en hersenbloeding
D
Een herseninfarct, een hersenbloeding en een TIA

Slide 5 - Quiz

Wat zijn drie acute verschijnselen van een CVA?
A
Krachtsverlies aan één kant van het lichaam, hoofdpijn, diarree.
B
Krachtsverlies aan één kant van het lichaam, moeite met spreken, een scheve mond.
C
Slapeloosheid, hoofdpijn, diarree.
D
Geheugenverlies, slapeloosheid, diarree.

Slide 6 - Quiz

Bij het uitkleden van iemand met een CVA begin je bij de.....
A
gezonde zijde
B
aangedane/verlamde zijde

Slide 7 - Quiz

Een CVA is een Cerebro Vasculair Accident. Met vasculair wordt bloedvaten bedoeld .
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Oorzaak van een TIA is
A
Slechte kwaliteit van bloedvaten
B
Een te hoge lichaamstemperatuur
C
Een te hoge hartslag
D
Plaques in bloedvaten

Slide 9 - Quiz

FAST bij een CVA staat voor:
A
gezicht, arm, been, tijd
B
gezicht, arm, spraak, tijd
C
voet, arm, spraak, tand

Slide 10 - Quiz

Bij een TIA verdwijnen alle symptomen binnen 24 uur en zijn er geen restverschijnselen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Een herseninfarct ontstaat doordat
A
Een bloedpropje een bloedvat in de hersenen afsluit
B
Een kwalitatief slecht bloedvat springt open
C
Een los bloedpropje wat vastloopt in een bloedvat in de hersenen
D
Als gevolg van een hartinfarct

Slide 12 - Quiz

Op het plaatje
ontstaat een..........
A
Herseninfarct
B
Hersenbloeding
C
Hersenplaque
D
Hersenembolie

Slide 13 - Quiz

Hoeveel mensen krijgen ongeveer op een dag beroerte?
A
10
B
75
C
125
D
115

Slide 14 - Quiz

Een beroerte in de rechterhersenhelft kan verlamming aan de linkerzijde veroorzaken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Bij een hersenbloeding moet intraveneuze trombolyse binnen 4,5 uur na de eerste symptomen gestart worden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz