Stepping Stones Toets Bridging the Gap H1 t/m H4

Bridging the Gap
Toets
Hoofdstuk 1 t/m hoofdstuk 4
1 / 27
next
Slide 1: Slide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Bridging the Gap
Toets
Hoofdstuk 1 t/m hoofdstuk 4

Slide 1 - Slide

Toets


Deze toets bestaat uit 25 vragen. 
10 woorden moet je vertalen van Engels naar Nederlands

10 woorden moet je vertalen van Nederlands naar Engels

5 vragen waarbij je de juiste grammatica moet invullen.
Succes!

Slide 2 - Slide

Wat is de vertaling van:
rainbow

Slide 3 - Open question

Wat is de vertaling van:
stormy

Slide 4 - Open question

Wat is de vertaling van:
spare time

Slide 5 - Open question

Wat is de vertaling van:
sleeping bag

Slide 6 - Open question

Wat is de vertaling van:
headache

Slide 7 - Open question

Wat is de vertaling van:
to be ill

Slide 8 - Open question

Wat is de vertaling van:
hospital

Slide 9 - Open question

Wat is de vertaling van:
to applaud

Slide 10 - Open question

Wat is de vertaling van:
news item

Slide 11 - Open question

Wat is de vertaling van:
afternoon

Slide 12 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
dierentuin

Slide 13 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
vaak

Slide 14 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
kleding voorschrift

Slide 15 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
beschikbaar

Slide 16 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
beroemdheid

Slide 17 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
verkoudheid

Slide 18 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
wachtkamer

Slide 19 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
zonnig

Slide 20 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
mist

Slide 21 - Open question

Wat is het Engelse woord voor:
teenslippers

Slide 22 - Open question

Wat komt er op de lege plek?
I was walking in t he park ......... it started to rain.
A
when
B
while

Slide 23 - Quiz

Wat is het tegenovergestelde van happy?
A
onhappy
B
unhappy

Slide 24 - Quiz

Zet in de goede volgorde:
yesterday - at school - a book - read - I

Slide 25 - Open question

Zet in de goede volgorde:
a film - last night - we - watched - at home

Slide 26 - Open question

Wat komt er op de lege plek?
Lisa ......... to the party next week, she promised me.
A
goes
B
is going to
C
will go

Slide 27 - Quiz