SOVA P2W4 Communicatie verloop en storingen

• Pedagogisch werk
• MBO
• Studiejaar 1

SOVA P2W2 Communicatie verloop en storingen

Doelen

Studenten kunnen toelichten hoe het communicatieproces verloopt waarbij een zender informatie overbrengt aan een ontvanger

Studenten kunnen uitleggen wat het verschil is tussen interne en externe communicatiestoringen

ra ra ra

Het onderwerp wat ik bedoel is glad

je kan het binnen en buiten gebruiken

het kan prettig zijn maar ook gevaarlijk

het wordt verheerlijkt en verwenst.

je komt het in de zomer en winter tegen.

schrijf op waar heb ik het over.

nog niet duidelijk

Het is doorzichtig zijn, maar ook alle kleuren hebben.

Het smaakt naar niets of kan verschillende smaken hebben.

nu al een idee?

 nabespreken?

wat maakt dat je nog niet snel wist wat ik bedoelde.

Begrippen:

Zender

Ontvanger

Boodschap

Coderen

Decoderen

Ruis

Interne ruis

Externe ruis

Communicatiemiddelen

communicatieverloop

Communicatie gaat heen en weer

De zender stuurt iets en de ontvanger krijgt iets

De cirkel heet een cyclisch proces

Coderen en decoderen

Welke communicatie middelen ken je?

SOVA P2W2 Opdracht 1 Wat doe je en waarom zo? Schrijf op.

Insta etc./ telefoon/ email/  face to face gesprek / brief?!/  appen

Welk middel op welk moment? en waarom?

• Afspraak maken stageplaats
• Uitmaken vriend/ vriendin
• Je baan opzeggen
• Een ruzie uitpraten
• Plannen maken voor de vakantie

 

verstoringen in communicatie noemen we 'ruis'.
kun jij verstoringen opschrijven?

Interne Ruis 

Dit heeft te maken met het referentiekader van de zender en ontvanger:

• je bent met andere dingen bezig in je hoofd.
• je vindt het niet belangrijk of interessant. 
• je vindt het moeilijk of wilt iets niet
• Je voelt je niet lekker

Externe ruis

Dit zijn de factoren die er zijn in de omgeving.

• Lawaai
• veel te zien
• mensen praten er doorheen

communicatieverstoring

Het kan ontstaan door jouw manier van communiceren.

• Je luistert niet goed
• je bent te overheersend
• je wilt te snel naar de oplossing  
• je reageert te laat op wat er gezegd wordt
• je geeft negatieve non-verbale signalen af

je vindt iemand niet aardig en vat zijn woorden niet positief op dat is....

1. open houding
2. gesloten houding
3. gekleurde ontvangst
4. aarzeltaal

SOVA P2W2 opdracht 2

lees 14.4, 14.4.1,  14.4.2, 

Vul de begrippenlijst aan punt 13 t/m 19.

en beantwoord de volgende vraag?

Wanneer vindt jij het lastig om goed te communiceren en hoe komt dat?

Beschrijf  3 voorbeelden in verschillende situaties 

(bijv. werk, school ,uitgaan)

of relaties ( bijv. ouders, vrienden, professionele)

 

Hoe heb je de les ervaren?

nieuwe begrippen geleerd

ik wist het meeste al

tijd ging snel

Langdradig

afwisselend